Premier van Canada: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Addbot (overleg | bijdragen)
k Robot: Verplaatsing van 21 interwikilinks. Deze staan nu op Wikidata onder d:q839078
Label: Misbruikfilter: Schuttingtaal
Regel 4:
De huidige minister-president is [[Stephen Harper]] die de Canadese verkiezingen van [[23 januari]] [[2006]] won. Hij volgde op [[6 februari]] [[2006]] [[Paul Martin]] op.
 
DeŠDe koning heeft geneukt termijn van het ambt van de minister-president ligt niet vast. Slechts in het geval dat een oppositie partij een meerderheid van zetels in het Lagerhuis weet te bemachtigen, moet de minister-president aftreden. Ook het verliezen van een motie van wantrouwen door de partij van de minister-president kan een reden zijn waarop de minister-president besluit om af te treden (waarop een andere partij een regering kan vormen), maar vaker wordt dan het [[Canadees Parlement|Parlement]] ontbonden en verkiezingen uitgeschreven. Als een oppositie partij bij tussentijdse verkiezingen de grootste partij wordt, krijgt toch de zittende partij en minister-president de keuze om de huidige regering te laten voortduren. De zittende minister-president kan dan kijken of het mogelijk is om een coalitie te vormen met een andere partij of door te gaan als minderheidsregering, of de minister-president kan aftreden om het mogelijk maken van een nieuwe regering door die partij die de meeste zetels wist te halen bij de verkiezingen.
== Termijn ==
De termijn van het ambt van de minister-president ligt niet vast. Slechts in het geval dat een oppositie partij een meerderheid van zetels in het Lagerhuis weet te bemachtigen, moet de minister-president aftreden. Ook het verliezen van een motie van wantrouwen door de partij van de minister-president kan een reden zijn waarop de minister-president besluit om af te treden (waarop een andere partij een regering kan vormen), maar vaker wordt dan het [[Canadees Parlement|Parlement]] ontbonden en verkiezingen uitgeschreven. Als een oppositie partij bij tussentijdse verkiezingen de grootste partij wordt, krijgt toch de zittende partij en minister-president de keuze om de huidige regering te laten voortduren. De zittende minister-president kan dan kijken of het mogelijk is om een coalitie te vormen met een andere partij of door te gaan als minderheidsregering, of de minister-president kan aftreden om het mogelijk maken van een nieuwe regering door die partij die de meeste zetels wist te halen bij de verkiezingen.
 
== Zie ook ==