Wouter van Twiller: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting |
|||
Regel 4:
== Biografie ==
[[Bestand:Map-Novi Belgii Novæque Angliæ (Amsterdam, 1685).jpg|thumb|left|260px|Kaart van Nieuw Nederland en Nieuw Engeland]]Wouter van Twiller (''Walter the Doubter'') werd geboren te [[Nijkerk (stad)|Nijkerk]] als zoon van Ryckert Wolters van Twiller en Marietgen Hendricks van Rensselaer. Hij was een [[Klerk (beroep)|klerk]] van de [[West-Indische Compagnie]] (WIC). Door toedoen van zijn oom [[Kiliaen van Rensselaer]], [[patroon (bestuurder)|patroon]], grootaandeelhouder en bewindhebber van de WIC, lid van de [[heren XIX]]. Hij werd door toedoen van zijn oom Kilian in [[1633]] op 27-jarige leeftijd tot directeur van Nieuw-Nederland benoemd, als opvolger van [[Bastiaen Jansz
De onervaren maar gedreven Van Twiller raakte al snel na zijn aankomst in conflict met de predikant, Everardus Bogardus en met de [[fiscaal]], Lubbert van Dincklagen over de manier waarop de kolonie bestuurd moest worden en wie er de dienst uitmaakte. Jacob J. Eelckens, een Nederlandse schipper in dienst van de Engelsen daagde hem uit door onder Engelse vlag de Hudson op te varen hetgeen van Twiller op een eigenaardige manier verhinderde, namelijk door op de oever van de rivier een vat wijn aan te slaan en iedereen te verplichtten te drinken op de gezondheid van de Hollandse stadhouder. [[David Pietersz
Van Twiller wist zich zelf en zijn broodheer, de WIC, goed te verrijken met landerijen en bezittingen. Met name de belangen van de WIC vertgenwoordigde hij heel goed, geen wonder dus dat die em niet veel in de weg legde en hem vrije hand gaven.
Zo kocht hij in 1637 kocht hij Nutten eiland bij [[Nieuw-Amsterdam (Nieuw-Nederland)|Nieuw-Amsterdam]], dat anderhalve eeuw later de naam [[Governors' Island|Governors's Island]] kreeg.<ref>In 1772 werd het doorverkocht aan de [[Groot-Brittannië|Britse]] legeringenieur [[John Montresor]].</ref>
|