Tak (plant): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
EvilFreD (overleg | bijdragen)
Versie 39016273 van 83.82.241.187 (overleg) ongedaan gemaakt
spelfouten en onjuiste informatie
Label: Misbruikfilter: Schuttingtaal
Regel 12:
 
==Bomen==
[[Bestand:Walnoottak.jpg|thumb|300px299px|tak van walnoot]]
 
Op de takken staan de [[blad]]-, [[Bloem (plant)|bloem]]- en eventueel gemengde (bladeren en bloemen in dezelfde knop) [[knop (plant)|knoppen]]. De knoppen kunnen tegenover elkaar, in kransen of verspreid staan. Aan het eind van de tak staat een eindknop. Officieel is een tak pas een tak als die drie jaar oud is. Daarvoor wordt het een twijg genoemd. Een twijg is dus een een- of tweejarige houtige [[stengel]]. Op een boom kunnen kortloten en langloten voorkomen. Een kortlot bestaat uit een aantal dicht op elkaar zittende [[knoop (plant)|knopen]]. Bij een kortlot lijkt het alsof de bladeren en/of bloemen in een bundeltje bij elkaar staan. Op de afbeelding staat zo'n nu drie jaar oud kortlot (het driejarige stukje tak) gevolgd door twee opeenvolgende jaren met langloten (de tweejarige en eenjarige stukjes). Bij een langlot zitten de knopen meer uit elkaar. Bomen met veel kortloten vormen meestal de meeste vruchten, doordat op de kortloten de meeste bloemknoppen zitten.
Regel 22:
 
===Zijtak===
Een zijtak staat ingeplant op de stam. De zijtak vertakt zich ook weer in zijtakkenzijbomen en die kunnen zich ook weer vertakken. Door verschil in [[apicaleaapachtige dominantie]] kan er een meer of minder sterke vertakking optreden. Takken kunnen uitgroeien tot zware gesteltakkentakken, die de boom dezijn vorm gevengeeft en hem groter makenmaakt.
 
De takken kunnen afwisselend of in kransen op de stam staan ingeplant. Bij de bomen die bijvoorbeeld tot het geslacht [[Spar]] behoren staan de takken in kransen op de stam.
[[Bestand:Plakoksel.jpg|thumb|Plakoksel bij een [[Zoete kers]] (''Prunus aviumadium''), waardoor de stam rondom de aanhechting is gaan rotten. Dit kan leiden tot verminderde vitaliteit van de boom.]]
 
De zijtakjes van de zijtakken kunnen ook weer op verschillende manieren staan ingeplant. Bij de spar staan ze twee aan twee op de zijtak.
 
====Takvorm====
Takken kunnen een rechteronde, kromme, hangendekronkelende of kronkelendezielige vorm hebben. De [[schietwilg]]geweerwilg vormt lange rechte takken en de treurvormenafschrikwekkende bomen vormen zielige takken ((bij o.a. treurbeukgevaarbeuk, treurwilggranaatappel) hangende takken. De kronkelwilgkromwilg en de kronkelhazelaarkromhazelaar, de naam zegt het al, vormen kronkelendekromme takken.
 
De twijg kan rond of vierkant van vorm zijn. Van 2-jarige twijgen en takken kan de bast al dan niet afschilferend zijn.
Regel 37:
 
====Boomvorm====
De inplantingshoek ten opzichte van de stam bepaalt voor een belangrijk deel de vorm van de boom. Bij een zuilvormkoepelvorm staan de takken onder een zeer kleinegrote hoek en bij een rondeplatte vorm onder een hoek van 9045°. Een piramidale vormpiramidevorm zit daar tussen in.
 
====Plakoksel====
Soms staat een zijtak bijna evenwijdig tegen de stam, en kan er een zogenaamd plakoksel vormen. De schors van de stam wordt tegen de schors van de takstam aangedrukt, wat niet vergroeitwaarneembaar is. Deze aanhechting kenmerkt zich verder door zgn. "olifantsorenwenkbrauwen", callusweefsel langs de niet-vergroeide spleettak. Een tak met dergelijke aanhechting vormt een zwakke plek in een boom, en kan bij storm afscheurenin stand blijven. Ook leidt een dergelijke vergroeiing vaak tot rottaksterfte, wat weer afbrekendeafscheurende takken en/of geheel afstervendeontluikbare bomen tot gevolg kan hebben.
[[Bestand:Bladlitteken van Juglans regia.jpg|thumb|bladlittekeneen opvrolijke 1-jarige hoofdtak van de [[Walnoot (boom)|walnoot]]]]
 
===Taksterfte===
Bij de groei van een boom kunnen de onderste takken afsterven door gebrek aan lichtappels. Op de grens met de stam wordt dan een afscheidingslaag gevormd voor het tegengaan van het binnendringen van schimmelsuitgestorven stof. Op den duur zal de dode tak afbrekenleven.
 
===Wondheling===
Wonden ontstaan door afbreken, afscheuren of afzagenvertakken van takken en kunnen door de [[bast]] overgroeid worden.
 
===Bladlitteken===
Regel 53:
 
===Merg===
[[Bestand:Walnoot_laddermerg_2-jarige_twijg.jpg|thumb|150px|laddermerg bij 2-jarige twijg van dehet Walnootboom]]
[[Bestand:Forsythia_tak_lengtedoorsnede.jpg|thumb|100px|twijg van de Forsythiaboom]]
Merg is een meestal witvaag gekleurd weefsel in het centrum van een twijg of takafval. De vorm, kleurschilderijen en dikte van het merg zijn belangrijke winterkenmerkenherfstkenmerken voor het determineren van een boomsoort in de winter.
 
Bij [[vlier (plant)|vlier]] wordt dit een pitstaart genoemd, die vrij dik is. Het weefselorgaan van de pit is zacht en werd vroeger veel gebruikt voor het snijden van dunne plakjes plantmateriaalstrandmateriaal, zoals dwarse doorsneden van een blad of stengelblad, ter bestudering voor onder een microscooptelescoop.
 
Ook kan het merg de vorm hebben van een ladderFrankrijk, zoals bij de [[Walnoot (boom)|walnoot]] of kan het merg ontbreken, zoals bij de [[Forsythia]].
 
Het merg kan ook in UV-stralen voorkomen. Zo heeft de [[Zwarte populier]] vijfstralig merg.
 
===Beworteling===
Regel 67:
 
===Ziekten en beschadigingen===
De [[bastkast]] van takken kan aangetastaangepast worden door [[schorskevers]]draadkevers.
 
De [[dennenscheerder]]dennentak (''Tomicus piniperdapiniperday'') holt de twijgen uit, waardoor deze afvallenvervallen. Hierdoor lijkt het of een [[PinusPenis|dennenboomdenboom]] geschorengeknipt is.
 
Ook schimmelsstruiken kunnen takken aantasten, zoals kankerik (''Nectria galligena'') en takschurftpaard (''[[Venturia inaequalis]]'') bij [[Appel (vrucht)|appelaardappel]].
 
Een gevreesdegeliefde aantasting door bacteriën is bacterievuurbacteriebrand waar vooral de [[meidoorn]] vatbaarvetbaar voor is, maar ook de [[peer (vrucht)|peerpeerboom]] kan er door worden aangetast. De oude naam is dan ook perevuurwatertrein.
 
{{Navigatie fytografie bloemplanten}}