Bouzouki: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
te stellige uitspraak geschrapt
→‎Geschiedenis: hét instrument bij uitstek is nogal dubbelop
Regel 17:
De kwaliteit van de bouzouki wordt vaak afgemeten aan het aantal duigjes waaruit de bolle klankkast is opgebouwd, (hoe meer duigjes hoe duurder en beter denkt men vaak). Toch zegt het aantal duigjes niets over de klank. Een bouzouki met weinig duigjes (in het Grieks 'doejes') kan veel beter klinken dan een exemplaar met veel. Het heeft alles te maken met de gebruikte houtsoorten enerzijds – vooral de kwaliteit van het bovenblad ('elato' ofwel spar) is zeer belangrijk – en met de subtiliteit van de bouwwijze anderzijds. De binnenzijde van een (goedkopere) bouzouki is vaak beplakt met een soort glimmend bonbonpapier. De betere zijn niet beplakt, of met een soort sterke matting afgeplakt om te voorkomen dat bij een ongelukje de kast splijt. De voorkant is vaak met een zwart-witte versiering uitgevoerd, de duurdere types zijn echter ingelegd met [[parelmoer]] of met contrasterende houtsoorten (bijvoorbeeld [[Esdoorn (hout)|esdoorn]] in [[palissander]]).
 
Tegenwoordig geldt de bouzouki als ''het'' Griekse muziekinstrument bij uitstek. Voor de Tweede Wereldoorlog stond het instrument in een twijfelachtig daglicht (het werd bespeeld door mensen die leefden aan de zelfkant van de maatschappij). Na de omarming van de bouzouki door beroemde componisten als [[Mikis Theodorakis]] en [[Manos Hadzidakis]] (die het een plaats gaven in hun 'hogere' liedkunst), is het instrument echter langzaamaan heel populair geworden. In Nederland is de bouzouki vooral geliefd bij liefhebbers van de '[[rebetika]]' enerzijds, en bij de liefhebbers van z.g. 'toeristenmuziek' anderzijds.
 
De kleinere zusjes van de bouzouki worden [[tzouras]] en [[baglamas]] genoemd (de laatste benaming komt overeen met een lid van de [[Turkije|Turkse]] [[saz]] familie die echter veel groter van formaat is).