Schikking: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 8:
In Nederland bestaat volgens artikel 74 van het wetboek van strafrecht (Sr) de mogelijkheid van een transactie om vervolging te voorkomen (dit is een soort van schikking) tussen de [[officier van justitie]] en de [[verdachte]] ingevoerd in 1921.
 
Voor een zaak die geen [[Mulderfeit]] is en waarvoor de officier van justitie volgens de beleidsregels geen [[strafbeschikking]] mag uitvaardigen kan hij een (OM-)transactie aanbieden. Soms, wordtof, afhankelijk van de omstandigheden van het geval, meteen gedagvaarddagvaarden. <ref>De tarieven voor de OM-transactie of de eis ter zitting zijn opgenomen in de bijlage bij een richtlijn[https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2013-11378.html]. In sommige gevallen wordt geen tarief vermeld. In die gevallen is een specifieke Richtlijn voor strafvordering van toepassing, dan wel kan vanwege de specifieke omstandigheden van het geval geen tarief worden aangegeven.</ref> Op termijn zullen alle feiten waarvoor door de officier van justitie nog een transactie kan worden aangeboden, gefaseerd onder het bereik van de OM-strafbeschikking worden gebracht.
 
Oorspronkelijk kwamen alleen [[overtreding (strafrecht)|overtredingen]] in aanmerking. Vanaf 1984 werd de toepasbaarheid van de schikking uitgebreid tot bepaalde [[misdrijf|misdrijven]]. De volgende voorwaarden kunnen worden gesteld: