No cure, no pay: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
+/+
k
Regel 6:
 
In [[2004]] is de [[Nederlandse Orde van Advocaten]] akkoord gegaan met een vijfjarige proef met een no cure no pay-regeling in [[letselschade|letsel-]] en [[overlijdensschade]]zaken.
Destijds was Minister van Justitie [[Piet Hein Donner|Donner]] een verklaard tegenstander van no cure no pay. Na de [[ministerraad]] van 4 maart 2005 verklaarde de regering daarom de betreffende verordening waarin het experiment mogelijk werd gemaaktegemaakt voor te dragen voor vernietiging door de Kroon.<ref>[http://www.emea.nl/?p=2800 Kabinet geen voorstander van no cure no pay]. Persbericht, 4 maart 2005</ref> Bij besluit van 9 maart 2005 vernietigde de Kroon de wijzigingsverordening wegens strijd met het algemeen belang.<ref>[https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stb-2005-123.pdf Besluit van 9 maart 2005, houdende vernietiging van de Verordening tot wijziging van de Verordening op de praktijkuitoefening (onderdeel Resultaatgerelateerde Beloning) van de Nederlandse orde van advocaten van 25 maart 2004], ''Stb.'' 2005, 123.</ref>
 
Gedragsregel 25 lid 2 van de Nederlandse Orde van Advocaten verbiedt het advocaten nog steeds om op no cure no pay basis te werken. Ook art. 2 lid 1 van de ''Verordening op de praktijkuitoefening'' (onderdeel Resultaatgerelateerde Beloning), gepubliceerd in de [[Staatscourant]] van 2004, nummer 70 (Stct. 2004, 70) bepaalt dat advocaten '''niet''' mogen overeenkomen dat slechts bij het behalen van een bepaald resultaat salaris in rekening wordt gebracht.