Ruddervoorde: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
→‎Sport: Kleine dingen.
link Vrijgeweid toegevoegd
Regel 27:
In een akte uit de 11de eeuw werden de rechten over de [[parochie (kerk)|parochie]]kerk van Ruddervoorde van het [[Sint-Donaaskathedraal|Sint-Donaaskapittel]] in [[Brugge]] bevestigd door Radboud II, bisschop van het [[Bisdom Doornik]]. Op bestuurlijk gebied hadden verschillende [[heerlijkheid (bestuursvorm)|heerlijkheden]] de macht. De belangrijkste waren het Hof van Ruddervoorde, Coubrouck, den Houtschen en de heerlijkheid van Gentbrugge. Het Hof van Riddervoorde was een groot deel van de 12de en 13de eeuw in handen van de familie de Riderfort. [[Willem van Normandië]], rond 1128 met [[Diederik van de Elzas]] in een machtsstrijd over Vlaanderen verwikkeld, plunderde Ruddervoorde.
 
De omgeving werd tijdens de middeleeuwen ontbost, wat ruimte maakte voor veeteelt. De bossen konden zich niet herstellen en er ontstond een groot ruw veldgebied tussen Torhout en Loppem, een deel van het [[Bulskampveld]]. Het westelijke deel was het Wijnendaleveld, toebehorende aan de heerlijkheid [[kasteel van Wijnendale|Wijnendale]]. De eigenaar, [[Adolf IV van Kleef-Mark|Adolf]], [[hertogdom Kleef|hertog van Kleef]], schonk het gebied aan zijn [[laten]], die het tegen vergoeding mochten gebruiken om te gebruiken als vrije weide. Dit werd het "''[[Vrijgeweid"]]'' genoemd.
 
In 1559 werd het [[Bisdom Brugge]] opgericht, waaronder nu Ruddervoorde viel als onderdeel van het decanaat Torhout. In de 16de eeuw leed de streek onder de [[Tachtigjarige Oorlog]] en de [[Beeldenstorm]]. Op het eind van de eeuw en het begin van de 17de eeuw kampte het bisdom met een priestertekort en ook Ruddervoorde moest bediend worden door de deken van Torhout. In de [[Zuidelijke Nederlanden|Habsburgse periode]] kwam er een heropleving en Ruddervoorde had vanaf 1621 weer een priester.