Geschiedenis van de westerse filosofie: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 49:
Immanuel Kant kwam met een oplossing voor het filosofische conflict tussen empiristen en rationalisten: [[verstand]] en waarneming zijn volgens hem onlosmakelijk met elkaar verbonden. De verstandsvormen [[Ruimte (filosofie)|ruimte]] en [[tijd]] zijn voor Kant [[a priori]] bij de mens aanwezig, maar zijn op zichzelf leeg. De waarnemingen zijn op zichzelf vormloos, maar krijgen door het verstand hun vorm.<ref name="kant">[http://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Immanuel_Kant&oldid=4261386 Immanuel Kant]</ref> In een pamflet uit [[1784]] over de vraag wat [[De Verlichting|Verlichting]] ([[Duits]]: ''Aufklärung'') is, schrijft hij dat de mens de moed moet hebben om zijn verstand te gebruiken (Latijn: ''[[Sapere aude]]!'').<ref>I. Kant (Engelse vertaling uit 1997 van P. Halsall), ''[http://www.fordham.edu/halsall/mod/kant-whatis.html What is Enlightenment?]'', 1784</ref> In de hedendaagse filosofie is Kants invloed ook op andere [[Filosofisch vakgebied|filosofische vakgebieden]], zoals [[ethiek]] en [[esthetica]], nog steeds groot.<ref name="kant"/>
 
In de [[Romantiek (stroming)|Romantiek]] van de [[19e eeuw|negentiende eeuw]] waren er twee invloedrijke [[dialectiek|dialectische]] filosofen, eerst [[Georg Wilhelm Friedrich Hegel|Georg Hegel]] en daarna [[Karl Marx]]. De dialectiek in het werk van Hegel wordt gezien als een voortzetting van de filosofie van Kant en [[Johann Gottlieb Fichte|Fichte]]: de filosofie is een eindeloos proces van [[these]], [[antithese (filosofie)|antithese]] en [[synthese (filosofie)|synthese]], waarin geen echte waarheid wordt gevonden, maar waarbij de gevonden waarheid wel steeds dieper wordt. Hegel beschouwt zijn [[fenomenologie]] van de geest als de synthese zijnzijnde van al het voorgaande.<ref>[[Georg Wilhelm Friedrich Hegel#Denken]] [http://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Georg_Wilhelm_Friedrich_Hegel&oldid=4490581]</ref> Terwijl Hegel stelde dat de ideeën van mensen de geschiedenis bepalen, beweerde Marx dat het materiële verhoudingen, namelijk de verhouding tussen [[arbeid (economie)|arbeid]] en [[kapitaal (economie)|kapitaal]] zijn die aan deze ideeën ten grondslag liggen. Uit het [[marxisme]] is later het [[communisme]] voortgekomen.<ref>[[Karl Marx#Marxisme]] [http://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Karl_Marx&oldid=4491984]</ref>
 
Andere filosofen uit de Romantiek zijn [[Søren Kierkegaard]], [[Arthur Schopenhauer]] en [[Friedrich Nietzsche]], al worden zij soms ook al tot de [[hedendaagse filosofie]] gerekend. Nietzsche werd in belangrijke mate beïnvloed door Schopenhauer.<ref>[[Friedrich Nietzsche#Nietzsches Filosofie]] [http://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Friedrich_Nietzsche&oldid=4422658]</ref> In [[1882]] schreef Nietzsche de woorden "[[De vrolijke wetenschap|God is dood]]", waarmee hij niet zegt dat God niet bestaat, maar dat de mensen de God van de traditionele religie 'vermoord' hebben, waardoor de mens op zichzelf is teruggeworpen.<ref>[http://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=De_vrolijke_wetenschap&oldid=4502551 De vrolijke wetenschap]</ref> In zijn literair-filosofische boek ''[[Also sprach Zarathustra (boek)|Aldus sprak Zarathoestra]]'' beschreef Nietzsche hoe de mens kan worden gezien als slechts een fase tussen [[Apen|aap]] en ''[[übermensch]]'' en dat de mens uiteindelijk nog 'groter' moet worden.<ref>[http://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Also_sprach_Zarathustra&oldid=4478373 Also sprach Zarathustra]</ref>