Patriarchaalkruis (Maastricht): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Pompidombot (overleg | bijdragen)
k WPCleaner v1.20 - Link naar doorverwijspagina aangepast. Help mee! - Gotisch, Heilig Kruis, Keulen
JurgenNL (overleg | bijdragen)
k Sint Servaas -> Sint-Servaas, replaced: Sint Servaas → Sint-Servaas (3), typos fixed: direkt → direct, naar verluid → naar verluidt met AWB
Regel 4:
 
==Ontstaansgeschiedenis==
In 1512 schreef [[kanunnik]] Coelmont van het [[kapittel]] van [[Basiliek van Onze-Lieve-Vrouw-Tenhemelopneming (Maastricht)|Onze Lieve Vrouwe]] in Maastricht over een dubbelkruis dat het [[kapittel van Sint Servaas]] in diezelfde stad rond 1490 had laten vervaardigen door de zilversmid Meester Ulricus. Kanunnik Coelmont schreef niet zonder jaloezie over deze laatste aanwinst van het rivaliserende kapittel, een kruis dat volgens hem een regelrechte kopie was van het patriarchaal kruis, dat het Onze-Lieve-Vrouwekapittel al sinds 1204 in bezit had. Dat kruis, met naar verluidverluidt de grootste kruisreliek ter wereld,<ref>De vijf fragmenten van het Heilig Kruis hadden, achter elkaar gelegd, een lengte van 70 cm.</ref> was waarschijnlijk tijdens de [[Vierde Kruistocht]] in [[Constantinopel]] gestolen en door koning [[Filips van Zwaben]] aan de Maastrichtse Mariakerk geschonken.<ref>In 1837 schonk één van de overlevende ex-kanunniken van het in 1797 opgeheven Onze-Lieve-Vrouwekapittel het kruis aan de paus in Rome, waar het zich thans in de schatkamer van de Sint-Pietersbasiliek bevindt (De Kreek, pp. 90-113).</ref> Blijkbaar had het kruis een dusdanige aantrekkingskracht op pelgrims dat het Sint-Servaaskapittel (volgens Coelmont) besloot een soortgelijk kruis te laten maken.
 
Over de identiteit van de maker van het kruis bestond lang onduidelijkheid, maar sinds 1966 is bekend dat deze 'Meester Ulricus' de [[Neurenberg]]se zilversmid Ulrich Peters is, die in 1489 burger van Maastricht werd.<ref>Dejong, pp. 107-109.</ref> Waarschijnlijk woonde hij toen al een aantal jaren in de stad. Waarom het kapittel van Sint -Servaas de eervolle opdracht voor een nieuw reliekenkruis aan een relatieve nieuwkomer gaf, is niet bekend. Aangenomen mag worden dat Ulrich Peters in korte tijd een goede naam had weten op te bouwen. Hoewel het kruis geen [[keurteken]]s bevat, is het zeker gekeurd; aan de onderkant van de voet zijn op twee plaatsen trembleerstreken te zien, zigzag verlopende groeven in het zilver die erop duiden dat het zilvergehalte gecontroleerd is. Het is niet onmogelijk dat Ulrich Peters nog meer opdrachten kreeg van het Sint-Servaaskapittel, want de Maastrichtse humanist en stadshistoricus [[Herbenus]] beschrijft verschillende andere zilveren voorwerpen die de kerk rond dezelfde tijd verwierf.<ref>Dejong, p. 117.</ref> In elk geval kreeg hij in 1506 een eervolle opdracht van het stadsbestuur van [[Hasselt (België)|Hasselt]], dat bij hem een zilveren [[bokaal]] bestelde, bedoeld als geschenk voor de nieuwe [[Lijst van prins-bisschoppen van Luik|prins-bisschop van Luik]] [[Everhard van der Marck]]. Dit object ging helaas verloren. Zeker is ook dat Ulrich Peters van 1502 tot 1524 als stempelsnijder werkzaam was bij de enkele jaren tevoren heropende hertogelijke [[Munthuis|munt]] van Maastricht.
 
==Herkomst kruisrelieken==
Hoe het Sint-Servaaskapittel aan het einde van de 15e eeuw kon beschikken over enkele tientallen stukjes van het Heilig Kruis is niet bekend. Mogelijk bevonden deze zich reeds in de [[kerkschat]]. De schatkamer van Sint -Servaas bezit ook heden nog verschillende reliekhouders met kruisrelieken, o.a. het [[borstkruis van Sint Servaas]] en een vijftal verguld zilveren reliektafels uit de 14e eeuw. Minstens twee kruisreliekhouders zijn in de loop der eeuwen verloren gegaan: het kruis dat ooit op de eveneens verloren gegane [[Einhardsboog]] was gemonteerd en het zogenaamde kruisje van Constantijn, dat evenals het patriarchaal kruis een imitatie was van een reliekhouder in de kerkschat van het Onze-Lieve-Vrouwekapittel.<ref>Koldeweij, p. 195.</ref> Het is mogelijk dat relieken uit deze of andere niet meer bestaande kruisreliekhouders hergebruikt zijn in het patriarchaal kruis.<ref>Er is zelfs geopperd dat het hier besproken dubbelkruis een overblijfsel is van het kruis dat ooit op de Einhardsboog stond (zie: [http://forum.mestreechonline.nl/showthread.php?p=112655#post112655 forum.mestreechonline.nl]).</ref> De houtsnippers in het patriarchaal kruis zijn nooit op ouderdom onderzocht.
 
==Restauratie==
In 1991 werd het patriarchaal kruis in opdracht van de Stichting Schatkamer Sint -Servaas gerestaureerd door de [[Aken (stad)|Akense]] restaurateur en [[zilversmid]] Gerhard Thewis (die o.m. het ''Karlschrein'' in [[Keulen (stad)|Keulen]] restaureerde). De restauratie was nodig omdat het kruis, en met name de voet, instabiel was geworden. Bij de restauratie werd de voet met zilver verzwaard en de houder voor het kruis beter passend gemaakt. Tevens verving Thewis één van de acht pinakels.
 
Ten behoeve van de restauratie werd het kruis gedemonteerd en alle onderdelen gedocumenteerd. Thewis bevestigde het bestaande vermoeden dat de twee afzonderlijke delen van het kruis, de voet en het eigenlijke dubbelkruis, uit verschillende perioden stammen, waarbij het kruis ouder is dan de voet. Bij het samensmeden van de twee delen (in 1490?) werd het dubbelkruis aangepast, wat nog steeds zichtbaar is. Op grond van de aanwezigheid van spijkergaatjes concludeerde Thewis dat het kruis oorspronkelijk met [[edelsteen|edelstenen]] versierd was, terwijl de partikels van het Heilig Kruis oorspronkelijk met spijkertjes direktdirect op de reliekhouder bevestigd waren. Op het moment dat het dubbelkruis op de nieuw-gesmede voet bevestigd werd, werd tevens voor een glazen bescherming van het Kruishout gekozen.<ref>Dickhaut, p. 496.</ref>
 
==Beschrijving==