Islamitische visies op niet-moslims: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Mexicano (overleg | bijdragen)
Versie 33071200 van 37.74.14.206 (overleg) ongedaan gemaakt - geen verbetering - slecht taalgebruik
Regel 1:
De omgang van de islam met andere godsdiensten is in het verleden zeer verschillend geweest. Op basis van [[soera De Koe]] 256 kan het [[Bekering|bekeren]] slechts uit vrije wil en zonder dwang. De religie kent officieel dan ook geen [[zending]]sdrangdwang. Bij de [[Verspreiding islam (632-661)|verspreiding van de vroege islam]] bleef,waren behalvede eenarmen, elitevrouwen vanen [[Arabieren|Arabische]] moslims,slaven de onderworpen bevolking in eerste instantiedie haarzich oude religie aanhangenbekeerd. <ref name="Markus Hattstein">''Islam, cultuur en religie'', Markus Hattstein, vertaling door Nannie Nieland-Weits, Tandem Verlag GmbH, 2006, blz. 18, ISBN 978-3-8331-2631-4</ref> Arabieren konden zich aanvankelijkOok niet eensarabieren voorstellenvoelde datzich eenaangetrokken niet-Arabier moslim wilde worden<ref name=huis>''Intot het huisgeloof vanvanwege de islam'',tolerantie Henken Driessengelijke (redactie), Camillabehandeling Adanghiervan, Uitgeverijbekende SUN,voorbeelden tweedehiervan drukzijn novemberBilal 2001,ibn ISBNRabih 90(vrijgelaten 6168slaaf)en 606tevens 7,de blz.eerste 224</ref>.muadhin Andersgelovigen die desondanks toch(oproeper tot dehet nieuwegebed) godsdienstuit wildenEthiopie toetredenen kondenSalman ditAl- slechtsFarisi nauit zich te hebben gelieerd aan een Arabische familie<ref name=huis />Perzie. Omstreeks 700De wassnelle het zelfs bij wet verboden om te bekeren tot de islam; moslims warengroei van mening dat de islam alleenis voorhierdoor Arabierenmede was,door zoalseen hetfeit. [[jodendom]] was bestemd voor de zonen van [[Jakob (aartsvader)|Jakob]]<ref>''Een geschiedenis van God. Vierduizend jaar jodendom, christendom en islam.'', oorspronkelijke titel: ''A History of God, From Abraham to the Present: the 4000 Year Quest for God.'', Karen Armstrong, vertaald door Ronald Cohen, Uitgeverij Anthos, vijftiende druk, mei 1998, ISBN 90-414-0776-6, p. 184</ref>. Joden en [[christendom|christenen]] werden getolereerd als [[Mensen van het Boek]], net als een deel van de [[hindoeïsme|hindoes]]<ref name="Markus Hattstein" /> en aanhangers van het [[zoroastrisme]]<ref name="Markus Hattstein" />, en kregen een beschermde [[dhimmi]]-status. Pas tijdens het [[kalifaat van de Abbasiden]] kon men de nieuwe religie aannemen.<ref>''Een geschiedenis van God, vierduizend jaar jodendom, christendom en islam'', [[Karen Armstrong]], vertaald door Ronald Cohen, Anthos, 1998, blz. 184, ISBN 90 414 0278 0</ref>
Een '''niet-moslim''' is iemand die geen [[moslim]] is. Vanuit de [[islam]] worden niet-moslims gecategoriseerd in verschillende groepen. Moslims beschouwen [[Monotheïsme|monotheïsten]] van vóór de [[openbaring]] van de islam aan [[Mohammed]] als een [[hanif]], zoals [[Adam (islam)|Adam]] en [[Ibrahim (profeet)|Ibrahim]].
 
Binnen de islam wordt uitgegaan dat in de tijd van balaa, de tijd voor de feitelijke [[Schepping]], [[God (islam)|God]] iedere [[Ziel (filosofie)|ziel]] reeds geschapen had. God vroeg aan de zielen: 'Ben ik niet jullie Heer?'. Daarop antwoordden de zielen: 'Ja, dat bent U!' Hiermee is ieder kind bij zijn of haar [[Bevalling|geboorte]] moslim.<ref name=ilmihal>''Een beknopte ilmihal, een beknopt handboek van de essentiële islamitische leer'', Fazilet Nesriyat ve tic. a.s., Istanbul, circa 2005, blz 179</ref> Na de geboorte bepalen omgeving en de opvoeders of het kind moslim blijft of een andere manier van leven krijgt aangeleerd.
 
In de islam is niemand beter dan een ander, behalve in [[vroomheid]]. De islamitische visie is dat allen afstammen van dezelfde vader, [[Adam (islam)|Adam]], gemaakt van [[Grond|aarde]], en geschapen door de ene God tot wie ook allen terugkeren. Moslims en niet-moslims zijn daarin niet anders en dienen ook in de dagelijkse praktijk als de burgerlijke wet en plicht gelijk aan elkaar te zijn.<ref name="belang">Het Belang van de islam, oorspronkelijke titel: The need of islam, vertaald door Sannijja Jansen, Uitgeverij Noer Delft, ISBN 90-5514-023-6, blz 37</ref>
 
==Geschiedenis==
De omgang van de islam met andere godsdiensten is in het verleden zeer verschillend geweest. Op basis van [[soera De Koe]] 256 kan het [[Bekering|bekeren]] slechts uit vrije wil en zonder dwang. De religie kent officieel dan ook geen [[zending]]sdrang. Bij de [[Verspreiding islam (632-661)|verspreiding van de vroege islam]] bleef, behalve een elite van [[Arabieren|Arabische]] moslims, de onderworpen bevolking in eerste instantie haar oude religie aanhangen.<ref name="Markus Hattstein">''Islam, cultuur en religie'', Markus Hattstein, vertaling door Nannie Nieland-Weits, Tandem Verlag GmbH, 2006, blz. 18, ISBN 978-3-8331-2631-4</ref> Arabieren konden zich aanvankelijk niet eens voorstellen dat een niet-Arabier moslim wilde worden<ref name=huis>''In het huis van de islam'', Henk Driessen (redactie), Camilla Adang, Uitgeverij SUN, tweede druk november 2001, ISBN 90 6168 606 7, blz. 224</ref>. Andersgelovigen die desondanks toch tot de nieuwe godsdienst wilden toetreden konden dit slechts na zich te hebben gelieerd aan een Arabische familie<ref name=huis />. Omstreeks 700 was het zelfs bij wet verboden om te bekeren tot de islam; moslims waren van mening dat de islam alleen voor Arabieren was, zoals het [[jodendom]] was bestemd voor de zonen van [[Jakob (aartsvader)|Jakob]]<ref>''Een geschiedenis van God. Vierduizend jaar jodendom, christendom en islam.'', oorspronkelijke titel: ''A History of God, From Abraham to the Present: the 4000 Year Quest for God.'', Karen Armstrong, vertaald door Ronald Cohen, Uitgeverij Anthos, vijftiende druk, mei 1998, ISBN 90-414-0776-6, p. 184</ref>. Joden en [[christendom|christenen]] werden getolereerd als [[Mensen van het Boek]], net als een deel van de [[hindoeïsme|hindoes]]<ref name="Markus Hattstein" /> en aanhangers van het [[zoroastrisme]]<ref name="Markus Hattstein" />, en kregen een beschermde [[dhimmi]]-status. Pas tijdens het [[kalifaat van de Abbasiden]] kon men de nieuwe religie aannemen.<ref>''Een geschiedenis van God, vierduizend jaar jodendom, christendom en islam'', [[Karen Armstrong]], vertaald door Ronald Cohen, Anthos, 1998, blz. 184, ISBN 90 414 0278 0</ref>
 
In tegenstelling tot de houding tegenover de Mensen van het Boek werd een andere houding ingenomen jegens aanhangers van [[natuurgodsdienst]]en. Met name [[Afrika]]anse stammen die meerdere [[goden]] aanbaden werden hard aangepakt. In [[Soedan]] werden ze lange tijd, net als door de christenen, als [[slavernij|slaven]] behandeld. Tussen de [[11e eeuw|11e]] en [[13e eeuw]] bekeerden zij zich, deels onder dwang, door het militante optreden van de [[Almoraviden]] en de [[Almohaden]].<ref>''Islam, cultuur en religie'', Markus Hattstein, vertaling door Nannie Nieland-Weits, Tandem Verlag GmbH, 2006, blz. 18-19, ISBN 978-3-8331-2631-4</ref>