Johann Winckelmann: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Pompidom (overleg | bijdragen)
k Link naar doorverwijspagina gerepareerd (Herculaneum naar Herculaneum (Oudheid)), met behulp van pop-ups
Mexicano (overleg | bijdragen)
k Link naar doorverwijspagina gerepareerd (Halle naar Halle (Saale)), met behulp van pop-ups
Regel 3:
 
== Biografie ==
Winckelmann heeft een veelzijdig leven gehad. Hij kwam op 9 december 1717 als zoon van een schoenmaker in Stendal te wereld. Hij groeide op en bezocht veel scholen. Hij begon zijn schooltijd in [[Berlijn]] en het Altmarkse Salzwedel. Vervolgens studeerde hij theologie in [[Halle (Saale)|Halle]], van 1738 tot 1740. Tijdens deze studie theologie bezocht hij ook lezingen over filosofie en esthetiek, maar hij brak deze studie af om een jaar als huisleraar te werken. Winckelmann pakte echter zijn studie theologie niet weer op, maar begon een in 1741 de studie medicijnen en wiskunde, maar ook deze studies brak hij af om weer als huisleraar te werken. Hij had succes en werd in april van het jaar 1743 conrector op de Latijnse school van Seehausen in Altmark. In september 1748 kreek hij een baan bij [[graaf Heinrich von Bünau]] in Nöthnitz, als ‘historisch hulpmedewerker’ en bibliothecaris. Deze baan is een ware omslag in zijn carrière, maar bezorgt hem veel succes. Door invloed van het werk van Homerus groeide zijn belangstelling voor de Griekse cultuur. Door een studietoelage van de Saksische kroonprins mag hij in 1755 als onafhankelijk onderzoeker naar Rome. Daar doet hij onderzoek en korte tijd later publiceert hij zijn eerste werk: [[Gedancken über die Nachahmung der Griechischen Werke in der Mahlerey und Bildhauer-Kunst]]. Zijn boek was erg gewild zodat in 1756 al een tweede druk verscheen. Helaas brak in 1757 de [[Zevenjarige Oorlog (1756-1763)|Zevenjarige Oorlog]] uit waardoor hij in financiële moeilijkheden raakte, maar hij werd aangesteld in huis van [[kardinaal Archinto]]. Deze aanstelling hielp hem op twee punten, enerzijds raakte Winckelmann uit zijn financiële moeilijkheden, maar anderzijds kreeg hij toegang tot de kringen van toonaangevende kunstenaars en geleerden. In de daaropvolgende jaren bracht hij een aantal werken uit die hem grootse beroemdheid verschaften. In 1758 verscheen [[Nachricht von den alten herculansichen Schriften]] en in 1759 volgde [[Museo Storico in Florenz]]. Vervolgens publiceerde hij in 1759 [[Anmerkungen über die Baukunst der Alten Tempel zu Girgenti in Sizilien]] en in 1762 [[Anmerkungen über die Baukunst der Alten.]]
 
In 1763 kreeg Winckelmann een bijzondere positie. Hij kreeg namelijk het toezicht over alle oudheden in Rome. In de daaropvolgende jaren schreef hij zijn volgende werk [[Geschichte der Kunst des Altertums]].