Duits-Duitse grens: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k links
→‎Kosten en baten voor de DDR: per overleg; afvaltransporten en bestedingen van bezoekers zijn geen baten van de grens
Regel 25:
Bij de eenwording van de beide Duitslanden op [[3 oktober]] [[1990]] hield de Duits-Duitse grens op te bestaan. De Bundesgrenzschutz kon de taken aan de Duits-Duitse grens beëindigen en nam de bewaking van de grenzen met Polen en Tsjechië over van de DDR.
 
== Kosten en baten voor de DDR ==
De bouw, de verdere versterking en de decennialange bewaking van de Duits-Duitse grens was een zware economische belasting voor de DDR. De kosten van de uitbouw tussen [[1961]] en [[1964]] bedroegen 1,8 miljard [[Oost-Duitse Mark|Ostmark]], waarvan 0,4 miljard voor de bouw van de Berlijnse Muur. De jaarlijkse kosten bedroegen circa 0,5 miljard Mark. Daartegen had de DDR ook inkomsten als gevolg van de muur. Toeristen en andere bezoekers waren verplicht Westerse valuta in te wisselen voor DDR-valuta en een visum te kopen, en een stad als West-Berlijn was voor haar bestaan ook afhankelijk van de DDR. Een goed voorbeeld hiervan zijn de kosten voor de afvalverwerking van West-Berlijn, die wegens grondgebrek grotendeels op het grondgebied van de DDR plaatsvond. De DDR bracht hiervoor aanmerkelijke bedragen in rekening, wederom in harde valuta.
 
Voor de DDR was de Duits-Duitse grens verder een noodzakelijkheid. Het DDR-bewind kon alleen bestaan met militaire steun van de [[Sovjet-Unie]] en het vasthouden van de bevolking door het sluiten van de grenzen. Vóór 1961 vluchtten 2,5 miljoen mensen uit de DDR, waardoor het land economisch leegbloedde en binnen een jaar na het openen van de grens in [[1989]] ophield te bestaan.
 
== Slachtoffers en veroordelingen ==