Zhou Enlai: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 7:
Zhou Enlai werd geadopteerd door [[mandarijn (functie)|mandarijnenouders]]. Hij volgde een opleiding in [[Tianjin]] en studeerde daarna van [[1917]] tot [[1919]] aan de [[Universiteit van Meiji]] in [[Tokio]] en in [[Kioto (stad)|Kioto]] ([[Japan]]). In [[Japan]] legde hij contacten met [[Japan]]se [[socialisme|socialisten]]. Daarna keerde hij naar [[Republiek China (1911-1928)|China]] terug en zat enige tijd gevangen vanwege zijn radicale activiteiten.
 
In [[1920]] vertrok hij als student naar [[Europa (werelddeel)|Europa]] en studeerde onder andere in [[Frankrijk]], [[België]] en [[Duitsland]]. In [[1921]] of [[1922]] sloot Zhou zich in [[Parijs]] aan bij de [[Communistische Partij van China]]. In [[1924]] keerde hij naar [[Republiek China (1911-1928)|China]] terug en werkte voor [[Soen Jat-sen]], de voorzitter van de [[KwomintangGuomindang]]. Zhou bekleedde enkele belangrijke posten in de Verenigd Front regering van de communisten en Kwomintang in [[Kanton (stad)|Kanton]].
 
Op [[8 augustus]] [[1925]] trouwde hij met de radicale activiste [[Deng Yingchao]] ([[1904]]-[[1992]]). Het echtpaar bleef kinderloos maar adopteerde vele wezen van o.a revolutionaire martelaars, waaronder de latere premier [[Li Peng]].
 
In [[1927]] kwam het tot een breuk tussen de Communistische Partij van China (CCP) en de [[GuomingdangGuomindang]] (KMT). In [[1927]] werd Zhou lid van het [[Politbureau]] van de CCP. Op [[1 augustus]] [[1927]] kwamen de communisten in [[Nanchang]] in opstand tegen de KMT, maar de opstand werd onderdrukt. Zhou Enlai en andere communisten ontvluchtten de stad. Van [[1927]] tot [[1931]] leefde hij ondergedoken in [[Shanghai]], maar in [[1931]] voegde hij zich bij [[Mao Zedong]] op het platteland in Zuid-China.
 
In [[1934]] waren de communisten van Mao Zedong gedwongen om hun bases in Zuid-China te verlaten, vanwege de aanhoudende KMT-aanvallen. Men vertrok te voet naar Noordwest-China. Tijdens deze [[Lange Mars]] was Zhou bereid om het leiderschap van de partij over te dragen aan [[Mao Zedong]] die toen voorzitter van de CCP werd. In [[1935]] bereikten de communisten [[Shaanxi]] waar men een [[sovjet]] opzette. Tot [[1936]] was Zhou militair bevelhebber, maar werd daarna bestuurder. Hij speelde een sleutelrol tijdens de wapenstilstandsbesprekingen met de [[Kwomintang]], die leidde tot een staakt-het-vuren tussen de communisten en nationalisten, waarna men als bondgenoten de [[Japan]]se bezetter bestreed.
 
Van [[1937]] tot [[1945]] was hij CCP-gezant bij GuomingdangGuomindang-voorzitter [[Chiang Kai-shek]]. Na de [[Tweede Wereldoorlog]] brak de [[Chinese Burgeroorlog]] uit en Zhou trad tevergeefs op als bemiddelaar tussen Chiang Kai-shek en de communisten. In deze periode werd hij door Mao naar [[Yan'an]] (Mao's machtsbasis) geroepen en daar werd Zhou geïntimideerd en gebroken tijdens openbare zelfbeschuldigingsessies. Grondig getemd werd Zhou meer dan dertig jaar lang, praktisch tot het eind van zijn leven een zichzelf vernederende slaaf van Mao.<ref>Jung Chang, Jon Halliday: ''Mao, het onbekende verhaal'',Uitg. Forum 2005, 944 pag. ISBN 978-90-225-4794-6, zie Hoofdstuk 24, pag. 432.</ref>
 
Op [[1 oktober]] [[1949]] werd de [[Volksrepubliek China]] uitgeroepen en werd Mao Zedong voorzitter van de republiek. Zhou Enlai werd premier van de nieuwgevormde regeringsraad (vanaf [[1954]] staatsraad geheten) en minister van Buitenlandse Zaken. Zhou leidde de Chinese delegatie tijdens de vredesbesprekingen te Genève en tijdens de [[Bandungconferentie]] ([[1955]]). In [[1956]] werd Zhou Enlai lid van het Permanente Comité van het Politbureau, oftewel het dagelijks bestuur van de CCP. In [[1958]] trad hij als minister van Buitenlandse Zaken af en werd [[Chen Yi]] minister van Buitenlandse Zaken. Zhou behield echter de controle over de buitenlandse zaken.