Patriottentijd in Bolsward: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
T. Tichelaar (overleg | bijdragen)
Regel 30:
Niet iedere patriot in Bolsward was bereid de rebellerende "''Franeker Staten''" te steunen, zo blijkt uit de processtukken.<ref>Rijksarchief Friesland, inv. nr. 14-4424, 4425, 4435, 4436, 4442, 4450, 4462, 4463, 4470, 4471.</ref> Er hebben zich felle discussies voorgedaan op maandagavond 10 september, nadat de plaatselijke herberg ''t Fontein'' in de Marktstraat was omsingeld door een vliegend legertje van vijftig patriotten, afkomstig uit [[Barradeel]]. Het personeel hoorde binnen gevloek en getier. De officieren van de vrijwillige schutterij, die binnen vergaderden, werden voor stijfkoppen uitgemaakt. De officieren moesten het ''declaratoir'' (een pleidooi voor herstel van rechten en vrijheden) niet lezen, maar ondertekenen, zodat het nog diezelfde avond kon worden teruggebracht! Tot diep in de nacht werd bij Boltjes thuis de ontstane situatie besproken en koffie gedronken. Ook onder de bevolking ontstond angst. Een vrouw, die ooit haar huis oranje had geverfd, was gelijk die avond begonnen het over te schilderen.
 
De ''auxiliairen'' (hulptroepen) werden de eerste nacht ondergebracht in de school van meester Achenbach. De volgende dag werden de stadspoorten gesloten en de bruggen gebarricadeerd, nadat er gezamenlijk was geparadeerd. Nog snel werd een poging ondernomen de stadskas in veiligheid te brengen. P. Westerbaan en zijn vrouw, in een [[sjees]] op weg naar Leeuwarden, werden 18 km achternagezeten door [[Willem Lycklama à Nijeholt]], tot aan de brug bij [[Oosterwierum]]. Bij de terugkeer van het gezelschap stelde burgemeester D. Eerdmans in toespraak voor het geld aan de Staten in Franeker te schenken. Na afloop werd bij Westerbaan thuis nog een borrel geschonken.
 
Om een lang verhaal kort te maken, na een week gedelibereer erkende de dralende vroedschap van Bolsward op 17 september 1787, nadat een zestal afgevaardigden het stadhuis was binnen gedrongen, als enige stad in Friesland de "''Pretense Staten''" in Franeker. De patriotse burgemeesters B. Braaksma en Eerdmans stemden toe, zodat de rust in het stadje zou kunnen terugkeren. Het standpunt van Cornelis van den Burg behoeft nauwelijks uitleg. De andere burgemeesters zaten al weken thuis, niet bereid enige actie te ondersteunen.
 
Inmiddels dreigde [[Court Lambertus van Beyma|Van Beyma]] de dijken door te steken als Friesland bezet zou worden door een onderdeel van het Pruisisch leger, dat naar het noorden oprukte. [[Albertus Lycklama à Nijeholt]], een textielhandelaar uit Bolsward, wie in 1787 uitweek naar St. Omer en in maart 1795 terugkeerde te Bolsward als kapitein van het Bataafs Legioen, vertrok samen met de zilversmid B. Jelgerhuis om een aantal kanonnen uit [[Sloten (Friesland)|Sloten]] naar [[Lemmer]] te verslepen. Toen op zondagmiddag 23 september duidelijk werd dat prins Willem V teruggekeerd was naar Den Haag, er onvoldoende steun van de bevolking was, de financiële middelen beperkt waren, Frankrijk niet te hulp zou komen, werd het de patriotten in Friesland aangeraden via Lemmer en [[Stavoren]] naar Amsterdam te vluchten. Een tweetal, de kolonel J. Boltjes en de majoor F. de Boer, vluchtte (via Ameland) naar Bremen. Wopko Cnoop leende de laatste nog honderd gulden.
 
==Nawerking==