Nederlandse Goudkust: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
T. Tichelaar (overleg | bijdragen)
opmaak, drie keer Nederlands in een zin is te veel
enkele fouten weggewerkt: inmenging begon al rond 1598, niet 1637 (verovering Elmina, Fort Nassau bestond toen al lang), overdracht 6-4-1872, niet 6-4-1871 (verdrag gesloten 25-2-1871)
Regel 6:
| Na1 =Goudkust (gebied)
| Vlag_Na1 =Flag of the Gold Coast.svg
| Jaar van ontstaan =16371598
| Jaar van afloop =18711872
| Vlag =[[Bestand:Flag of the Dutch West India Company.svg|125px]]
| Vlagartikel =
Regel 28:
[[Bestand:ElMina AtlasBlaeuvanderHem.jpg|thumb|260px|Fort Elmina aan de goudkust van Guinea]]
 
De '''Nederlandse Goudkust''' was een [[Kolonie (staatkundig)|kolonie]] of handelspost in het huidige [[Ghana]] tussen [[16371598]] en [[18711872]].
 
In [[1637]] veroverde [[Johan Maurits van Nassau-Siegen|Johan Maurits van Nassau-Dietz]] het fort (São Jorge d') Elmina op de Portugezen. Dit ging echter niet zonder slag of stoot, er waren al drie pogingen aan vooraf gegaan tot de Portugezen het uiteindelijk opgaven. De komende eeuwen zou dit fort één van de centra van de [[slavenhandel]] van de [[West-Indische Compagnie]] vormen. Naast Elmina bezaten de Nederlanders nog een aantal andere factorijen aan de Goudkust. Dit gebied moet niet verward worden met de [[Slavenkust]] waar de WIC ook enkele forten en factorijen had.
Regel 47:
== De ruil ==
 
In het [[Verdrag van Londen (1871)|SumatraverdragGoudkustverdrag]] van [[625 aprilfebruari]] [[1871]] werden de Nederlandse factorijen aan de Goudkust voor 47.000 gulden verkocht aan de Britten. In ruil hiervoor kreeg Nederland de verzekering dat de Britten niet zouden ingrijpen in de pogingen om [[Atjeh]] in het noorden van Sumatra te veroveren. Daarnaast zou Nederland haar dubbeltraffiën voor in- en uitvoer en de differentiële rechten, die zij op [[Nederlands-Indië]] hield, afschaffen en daartegenover zou Engeland haar aanspraak op Sumatra laten vallen. Een andere aanleiding was dat Nederland opnieuw in een kleine oorlog was verzeild met de koning van [[Ashanti (voormalig land)|Ashantië]]. De Britten, die ook een conflict hadden met Ashantië, konden dan Goudkust hiervoor in strategisch belang gebruiken.
 
Aan de verkoop van de Goudkust zijn heftige discussies vooraf gegaan in beide kamers van de [[Staten-Generaal van het Koninkrijk der Nederlanden|Staten-Generaal]]. De verdeling van meningen was simpel: de economen wilden de kolonie kwijt en de nationalisten wilden hem behouden. De minister van koloniën [[Pieter Philip van Bosse|Van Bosse]] zei: ''Ik vind het een treurigen toestand om be­zittingen te hebben, waar eigenlijk niemand gaarne heengaat zoolang hij nog droog brood te eten heeft!'' Uiteindelijk kregen de economen toch gelijk, mede dankzij het feit dat er geen kolonisten meer te vinden waren.
 
Zo kwam, na het verlies van de [[Kaapkolonie]] in het begin van de negentiende eeuw, een definitief einde aan het Nederlandse koloniale ''rijk'' in [[Afrika]]. [[Willem III der Nederlanden|Koning Willem III]] liet weten dat hij: ''het verlies betreurt van Onzen laatste Afrikaansche Erfgoederen''. Op 6 april 1872 werd Elmina ceremonieel overgedragen aan de Britten.
 
==Forten==