Joseph Lister: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 17:
== Hechtingen ==
Het was lang de chirurgische gewoonte om zijden draad of vlasdraad te gebruiken om bloedvaten af te binden, waarbij de draden lang werden gelaten om de pus langs te laten aflopen. Lister hoopte dat de draden door de toegepaste [[antisepsis]] vrij waren van microben, waardoor geen pusvorming zou optreden. Zij zouden dan kort kunnen worden afgeknipt en permanent worden ingebed in het weefsel. Dit werd met succes uitgevoerd op de halsslagader van een paard. Ook bij toepassing op een [[aneurysma]] van een slagader bij een patiënt leek het doelmatig. Maar toen de patiënt een jaar later overleed aan een andere oorzaak bleek bij lijkschouwing dat de zijden draad volledig was geresorbeerd.
Dat bracht Lister op het idee om voor het onderbinden van bloedvaten materiaal te gebruiken dat sneller kan worden geresorbeerd. Dat door de antiseptische behandeling dood weefsel wordt geresorbeerd door de omringende gezonde weefsels zolang het wordt beschermd tegen pusvorming, bracht hem vervolgens op het idee organisch materiaal hiervoor te kiezen. [[Catgut]] (oorspronkelijk “kattendarm”), dat wordt gemaakt uit de dunne darm van schapen en dat bewaard wordt in carbolzuur, paste hij toe op de halsslagader van een kalf. Het dier werd een maand later gedood en bij onderzoek werd een goed resultaat aangetroffen. Het catgut had tijdens zijn geleidelijke resorptie gezorgd voor de vorming van bindweefsel dat de ligatuur van de halsslagader organisch in stand hield. De wond was genezen zonder spoor van pusvorming. Dit succes rechtvaardigde het gebruik van catgut. In 1869 volgde Lister zijn schoonvader Syme
== Ignaz Semmelweiss ==
|