Nationaal goed: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k taal
zie ook
Regel 5:
Het was [[Charles-Maurice de Talleyrand|Talleyrand]], als [[bisschop]] van [[Autun]] zelf afgevaardigde van de clerus in de [[Nationale Grondwetgevende Vergadering]], die voorstelde om de goederen van de geestelijkheid aan te slaan. Hij argumenteerde dat deze goederen en de opbrengst er van slechts werden gebruikt om de bedienaars van de eredienst, het onderwijs en de liefdadigheid te onderhouden. Aangezien dit taken waren die voortaan door de Staat zouden worden opgenomen, konden deze goederen worden onteigend; de geestelijkheid zou voor haar prestaties een salaris vanwege de Staat genieten.
 
Het voorstel om de kerkelijke goederen "ter beschikking van de natie" te stellen, werd goedgekeurd door de Vergadering op 2 november 1789. Hiermee wisselde zowat 10 percent van het grondbezit in Frankrijk van eigenaar. Vanaf maart 1792 werd de maatregel uitgebreid tot de goederen van de, veelal adellijke, politieke vluchtelingen die Frankrijk verlieten en daardoor verdacht werden van samenzwering tegen de Revolutie. Met de afschaffing van de monarchie volgden ook de goederen van de Kroon.
 
De zo onteigende goederen werden verkocht aan de meestbiedende. Omdat niet alle goederen tegelijk verkocht konden worden, en de Franse Staat toch dringend geld nodig had, werden de [[assignaten]] uitgegeven, een vorm van [[staatsobligatie]]s met de nationale goederen als onderpand.
Regel 17:
Hoewel de confiscatie van dergelijke goederen destijds een [[nationalisering]] werd genoemd, wordt ze tegenwoordig eerder beschouwd als een [[privatisering]].
 
==Zie ook==
* [[Bande noire]]
 
[[Categorie:Franse Revolutie]]