Differentiatie (onderwijs): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 3:
 
==Convergente differentiatie==
Bij convergente differentiatie wordt er een minimumdoel voor de groep als geheel gesteld. Alle kinderen doen mee aan de groepsinstructie en profiteren zodoende van de uitleg van de leerkracht en van elkaar. Na de groepsinstructie gaat de groep de leerstof zelfstandig verwerken, waardoor de leerkracht tijd heeft om de risicoleerlingen extra instructie te geven. Dit wordt ook wel begeleide inoefening genoemd. Risicokinderen krijgen dus groepsinstructie én verlengde instructie. De instructietijd wordt zodoende enorm vergroot voor deze leerlingen. Voor de kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong is er verdiepingsstof die aansluit op het leerdoel van de les. <br>
Deze vorm van differentiatie stelt hoge verwachtingen aan de zogenaamde risicoleerlingen, waardoor deze niet bij voorbaat worden opgegeven of een eigen leerlijn moeten gaan volgen. Dit heeft namelijk als nadeel dat de instructietijd voor deze leerlingen wordt verkort. Convergente differentiatie vergroot juist de instructietijd voor deze leerlingen.<ref>Dronkers, J. (2007). Ruggengraat van ongelijkheid. Amsterdam: Mets & Schilt en Wiardi Beckman Stichting.</ref>
Deze vorm verdeelt de klas in twee of drie niveaus: een minimumniveau en een hoger niveau. Het doel is kinderen zo lang mogelijk mee te laten doen met de groep om hen te laten profiteren van de instructie en interactie in de groep.<ref>Kappen, A. & Förrer, M. (2010). ''Opbrengstgericht Werken. Datamuur. Werken met groepsplannen.'' Utrecht: PO-Raad. Download [http://www.spoe.nl/media/attachments/handreiking_ogw_datamuur_werken_met_groepsplannen__300310__2.pdf hier]</ref> De groep blijft bij elkaar.<ref>Gelderblom, G. (2009). ''Effectief omgaan met verschillen in het rekenonderwijs.'' Amersfoort: CPS.</ref>Hierdoor profiteren alle leerlingen optimaal van de tijd die de leerkracht kan besteden aan instructie. Het vergroten van de leertijd en het geven van instructie verhogen de leerprestaties van de leerlingen.<ref>Elbaum, B., Vaughn, S., Hughes, M., & Watson-Moody, S. (1999). ''Grouping practices and reading outcomes for students with disabilities.'' Exceptional Children, 65(3), 399-415.</ref> Binnen het model van convergente differentiatie kan ook gebruik worden gemaakt van [[preteaching]].<br>
Deze vorm van differentiatie stelt de leerkracht centraal: deze legt uit en doet voor, oefent samen in en laat dan de kinderen zelfstandig oefenen. Deze manier van werken wordt ook wel [[reciprocal teaching]] genoemd en is zeer effectief en genereert hoge leeropbrengsten.<ref name="Hattie"/>