Adriaan Ditvoorst: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Davin (overleg | bijdragen)
k linkfix
Stepwhere (overleg | bijdragen)
Meningen en subjectiviteit verwijderd.
Label: Misbruikfilter: Leeghalen
Regel 1:
'''Adriaan Ditvoorst''' ([[Bergen op Zoom]], [[23 januari]] [[1940]] – aldaar, [[18 oktober]] [[1987]]) was een [[Nederland]]se [[filmregisseur]]. Hij staat bekend als een van de weinige Nederlandse [[cineast]]en die een volstrekt unieke filmstijl wist te scheppen.
 
Met zijn sombere, bizarre en zeer lyrische films werd hij al snel het boegbeeld van de Nederlandse experimentele avant-garde cinema. Zijn talent bleek ook zijn zwakte: de regisseur was zo eigenzinnig dat hij zich moeilijk kon aanpassen aan de eisen van het publiek, met als gevolg dat vrijwel al zijn films financiële tegenvallers waren. Gebrek aan succes en problemen in zijn privéleven zorgden ervoor dat hij in 1987 [[zelfmoord]] pleegde.
 
Ditvoorst had nieuwe ideeën over filmgrammatica en camerawerk, waarmee hij de aandacht van internationale critici en cinefielen trok. Zelfs beroemde meesterregisseurs als [[Bernardo Bertolucci]] en [[Pier Paolo Pasolini]] bewonderden zijn werk.
 
==Het leven van Ditvoorst==
Adriaan Ditvoorst werd in 1940 geboren in Bergen op Zoom, en groeide op in een katholiek gezin. Zijn jeugd werd vooral getekend door de plotselinge dood van zijn vader, die in 1950 bij een auto-ongeluk om het leven kwam. De dood en het katholicisme zouden niet voor niets tot de belangrijkste kenmerken binnen Ditvoorsts oeuvre behoren.
 
Van 1952 tot 1958 volgde Ditvoorst het gymnasium, waarna hij als tekenaar bij een reclamebureau ging werken. Van 1963 tot 1965 zat hij in militaire dienst. In 1965 deed hij, nog gekleed in legeruniform, toelatingsexamen bij de [[Amsterdam|Amsterdamse]] [[Nederlandse Film en Televisie Academie|Filmacademie]]. Ditvoorst zei hierover: "Ik had in die tijd weinig te doen, ik verveelde me en ik vond van mezelf dat ik maar een opleiding moest kiezen. Ik koos voor de filmacademie omdat ik film wel leuk vond, het was in mijn ogen niet zozeer een kunstvorm op zich, maar meer een mengsel van meerdere kunstvormen door elkaar. Ik had nog nooit een filmcamera aangeraakt."
 
De aanvankelijk weinig gemotiveerde Ditvoorst ontpopte zich juist tot een van de grootste talenten van de filmacademie. Ditvoorst geloofde dat film een mengsel van poëzie en schilderkunst was. Poëzie omdat je een sfeer moet creëren die de emoties van de kijker raakt. Goede films waren, in de ogen van Ditvoorst, altijd onduidelijke films die gevoelens oproepen aan de hand van beelden. "De beelden in een film zijn wat woorden voor een gedicht betekent", zei Ditvoorst. "Net als bij schilderkunst moet je bij een film elk shot componeren. Iedere beeld moet een enorme kracht uitstralen en de kijker raken."
 
Ditvoorsts ambities waren oneindig, de regisseur zei hierover: "Voor mij is film een kwestie van afrekenen. Mijn opgekropte gevoelens, emoties en belevenissen moet ik kunnen uiten in mijn films, over ieder probleem of ieder vraagstuk zou ik een film willen maken. Ik wil zoveel, ik zou drieduizend films willen maken.".
Ditvoorst was een groot bewonderaar van de [[Nouvelle Vague (film)|Nouvelle Vague]], een Franse filmstroming die in de jaren '60 populair was. Net als de aanhangers van deze filmstroming geloofde Ditvoorst dat een regisseur de auteur van een film is. Dit was dan ook de reden dat hij al zijn films zelf schreef en regisseerde, en altijd 100% [[artistieke vrijheid]] van de producent eiste. Ook kenmerkend voor de Nouvelle Vague is dat Ditvoorst al zijn films op echt bestaande locaties, zonder kunstlicht, en veelal met een handheld camera filmde.
 
Na de filmacademie debuteerde Ditvoorst in 1967 met ''Ik kom wat later naar Madra'', een 22 minuten durende [[surrealisme|surrealistische]] film. ''Madra'' liet meteen de eigenzinnige regiestijl van Ditvoorst zien, en de film trok internationale aandacht. De film won prijzen op filmfestivals en internationale regisseurs als [[Jean-Luc Godard]], [[Bernardo Bertolucci]] en [[Pier Paolo Pasolini]] omschreven Ditvoorst als het grootste talent wat Nederland te bieden had.
Regel 20 ⟶ 19:
Het gevolg was dat zijn carrière meteen alweer spaak liep. De regisseur zag zich gedwongen tot het maken van opdrachtfilms, en in 1969 begon hij te werken aan een documentaire over het carnaval in Bergen op Zoom. Ditvoorst wist stiekem wat van het budget achterover te drukken, en van dat geld maakte hij de korte film ''Antenna'', die hij gelijktijdig opnam. Deze beide films konden het publiek ook niet bekoren.
 
Hoewel Ditvoorst eigenlijk meteen al aan lager wal was geraakt, heeft hij toch nog ene paar briljante films weten af te leveren. In 1970 maakte hij de meesterlijke korte film ''De Val'', en in 1973 verscheen ''De Blinde Fotograaf'', een verfilming van een kort verhaal van W.F Hermans. In 1975 kwam weer een lange speelfilm van hem uit: ''Flanagan''. Deze film was overigens het enige teken van aanpassing in Ditvoorst carrière. Met deze conventionele misdaadthriller had Ditvoorst eieren voor zijn geld gekozen, de film was duidelijk gericht op een breed publiek en aanzienlijk laagdrempelliger dan de rest van zijn oeuvre. Deze film flopte ook.
De eens zo grote regisseur was binnen een paar jaar tijd werkloos. Volgens veel filmkenners moet een regisseur over 3 talenten beschikken:
*het talent om een goede originele film te bedenken
*het talent om ervoor te zorgen dat deze film aanslaat bij een groot publiek, zodat de investering uit de kosten komt
*sociaal en logistiek talent, om ervoor te zorgen dat de film ook daadwerkelijk gerealiseerd wordt
Ditvoorst beschikte overduidelijk over het eerste talent, maar kwam de andere twee tekort. De regisseur, die overtuigd was van zijn eigen wijsheid, weigerde zich aan te passen aan, wat in zijn ogen ''de platte smaak van het volk'' was.
 
Ook op sociaal gebied was hij niet makkelijk, veel mensen met wie hij samenwerkte zagen hem als een ''hermetisch afgesloten universum''. Hij wilde zoveel mogelijk zelf doen aan zijn eigen films, luisterde naar niemand en weigerde de verhalen van anderen te verfilmen. Dit had tot gevolg dat tal van veelbelovende projecten uiteindelijk niet doorgingen.
Wat ook meegespeeld heeft is de Nederlandse subsidie, die niet meer in de kunstzinnige film wilde investeren. Volgens velen had Ditvoorst carrière gered kunnen worden als hij meteen na het succes van ''Madra'' naar Frankrijk was gegaan. Daar subsidieerde de regering gretig in buitenlands talent.
 
Hoewel Ditvoorst eigenlijk meteen al aan lager wal was geraakt, heeft hij toch nog ene paar briljante films weten af te leveren. In 1970 maakte hij de meesterlijke korte film ''De Val'', en in 1973 verscheen ''De Blinde Fotograaf'', een verfilming van een kort verhaal van W.F Hermans. In 1975 kwam weer een lange speelfilm van hem uit: ''Flanagan''. Deze film was overigens het enige teken van aanpassing in Ditvoorst carrière. Met deze conventionele misdaadthriller had Ditvoorst eieren voor zijn geld gekozen, de film was duidelijk gericht op een breed publiek en aanzienlijk laagdrempelliger dan de rest van zijn oeuvre. Deze film flopte ook.
 
Het floppen van ''Flanagan'' moet het keerpunt in Ditvoorst leven zijn geweest. De regisseur besefte nu dat zijn droom, een groot kunstenaar worden, nooit zou uitkomen. Ditvoorst raakte verslaafd aan alcohol en zijn relatie ging uit. De werkloze regisseur leidde een kluizenaarsbestaan op een zolderkamer nabij het Vondelpark. Alleen 's nachts kwam hij nog buiten om naar de kroeg te gaan.
 
In het Amsterdamse uitgaansleven kwam Ditvoorst een drugsdealer en pornoproducent tegen, die zijn fascinatie voor de surrealistische komedies deelde. Samen besloten ze een maatschappijkritische satire te maken. Deze film ''De Mantel der Liefde'' geheten, was Ditvoorst’sDitvoorsts uiting van woede en wanhoop. Op agressieve wijze, met veel absurditeit en zwarte humor wordt de Nederlandse samenleving totaal de grond in geboord. Vooral de filmindustrie moest het ontgelden. Ook deze film flopte.
Het kon Ditvoorst niet zoveel schelen of de film succesvol was of niet, want het was meer een expressie van zichzelf, gemaakt onder het motto ''filmen is afrekenen''. Zoals te verwachten viel, werd ''Mantel der Liefde'', een genadeloze flop.
 
Ditvoorsts leven werd alsmaar pessimistischer en eenzamer. De regisseur maakte nog snel even in 1981 een registratie van het toneelstuk ''Lucifer'', van [[Joost van den Vondel]], maar verder was hij al die tijd werkloos. De regisseur deed zich tegoed aan drugs en ging veel met radicale jongeren om. Hij kwam in het milieu van krakers, skinheads en punkers in de hoop dat zij, als jongeren, hoop voor de toekomst hadden. De leefomgeving inspireerde Ditvoorst tot het maken van zijn laatste en beste film. ''De Witte Waan'' (1984) een film die gezien kan worden als zijn filmisch testament.<br />
Dit psychologische drama gaat over de relatie tussen een drugsverslaafde kunstenaar en zijn moeder (een aan lager wal geraakte actrice), en eindigt met de zelfmoord van hen beiden.
Wat iedereen eigenlijk wel kon zien, was dat de film nog veel meer over Ditvoorst zelf ging. In deze film drukte Ditvoorst zijn gevoelens en levensopvattingen uit. Het is zonder meer de meest bizarre en meest sombere film uit de Nederlandse geschiedenis geworden.
 
Drie jaar later maakte Ditvoorst een einde aan zijn leven. Hij keerde terug naar zijn geboorteplaats Bergen op Zoom, en verdronk zich daar in de Schelde. Hij stierf als een miskend kunstenaar.
 
In 1992 maakte [[Thom Hoffman]], hoofdrolspeler uit de Witte Waan, een documentaire over Ditvoorsts leven.
Regel 48 ⟶ 36:
 
=== Inhoudelijke kenmerken ===
#De hoofdpersoon is in alle films min of meer hetzelfde. Dit is een eenzame antiheld, die vervreemd is van de rest van de wereld. (Een alter ego voor de regisseur zelf). De hoofdpersoon wil een doel bereiken maar faalt hier altijd in. Vaak is dit doel vrijheid en ongebondenheid. De persoon moet vaak kiezen tussen goed en kwaad en kiest dan het verkeerde. Altijd ondergaan de personages een negatieve psychische transformatie.
#De schuldigen die de hoofdpersoon laten mislukken zijn altijd hetzelfde: de bureaucratie, de bourgeoisie, de staat en de religieuze instanties. Zij zijn altijd machtiger dan de hoofdpersoon.
#Hoewel religieuze instanties verafschuwd worden zitten de films wel vol spiritualiteit. De hoofdpersoon ondergaat een geloofscrisis, is op zoek naar de betekenis van het bestaan, een doel in zijn leven enz. met veel verwijzingen naar God, religie of andere spirituele zaken.
Regel 59 ⟶ 47:
===Visuele kenmerken ===
#Alle films van Ditvoorst hebben iets surrealistisch. Dingen die er heel normaal uitzien worden zo gefilmd dat ze bizar worden, alledaagse gebeurtenissen worden uit hun verband gerukt en heel vreemd afgebeeld. De sfeer is onwerkelijk. Droom en werkelijkheid lopen door elkaar.
#Alle films zijn heel barok versierd. Prachtige decors, adembenemende locaties en mooieer kostuums.wordt Hetvaak camerawerkgebruikt isgemaakt schilderachtig en er is altijd veelvan klassieke muziek. Dit maakt zijn films lyrisch.
#Zijn films hebben een minimum aan dialoog en Ditvoorst gebruikte vaak non-acteurs. De emoties en gevoelens worden uitgedrukt door de beelden, montage, muziek, symboliek en decors. Dit expressionisme heeft Ditvoorst gemeen met het werk van [[Andrej Tarkovski]].
#Een minimalistische vertelstructuur. Ditvoorst laat graag zo min mogelijk zien en speelt met de suggesties van de kijker. Dingen worden buiten beeld gelaten en de geluidsband speelt een grote rol. Vaak met zo min mogelijk beelden zo veel mogelijk laten zien. Dit is overeenkomstig met [[Robert Bresson]].