Ginnan: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 11:
''De noot zelf heet Ginnaù (drukfout: Ginnan) en lijkt op een pistachenoot (in het bijzonder die welke de [[Perzen]] “Bergjès Pistài” noemen), maar is bijna twee keer zo groot. Zij ziet er uit als een [[abrikozenpit]] en bezit een dun, broos, witachtig gekleurd houtig omhulsel. Daarin ligt los een witte, ongedeelde kern, die de zoete smaak van [[amandelen]] mengt met een bittere smaak en tamelijk hard is.”''
 
De zaden bevatten o.a. ginkgolic acids en ginnol (die bepaalde [[bacteriën]] en schimmelziekten bestrijden). Al duizenden jaren beschouwt men ze in de Chinese traditionele geneeskunst als middel voor het [[hart]], de [[longen]], [[astma]], [[bronchitis]], [[hoesten]], [[blaas]]-en nierproblemen[[nier]]problemen, [[spijsvertering]], herstellend vermogen van gehoorverlies en andere kwalen. De buitenkant (zaadhuid) van de zaden bevat een olie en ook een kleine hoeveelheid urushiol die een [[contactallergie]] kan vooroorzaken bij daarvoor gevoelige mensen. Draag uit voorzorg [[latex]] handschoenen als je ze gaat oprapen.
 
===Van noot tot boom===