Gijsbrecht van Aemstel: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Souffleur (overleg | bijdragen)
samenvatting 1 en 2 bondiger
Souffleur (overleg | bijdragen)
samenvatting 3 bondiger
Regel 86:
 
===Derde bedrijf===
Badeloch isvertelt bang en heeft nachtmerries. Gysbrecht vraagt hoe dit komt en zegt dat hij haar tranen zal weg kussen. Ook zegt hij dat dromen geen werkelijkheid zijn. Badeloch verteltgeschrokken dat zij in haar dromendroom de geest van haar nicht Machteld aan haar bed zag staan. Machteld werdwas waanzinnig envan verdriet, trok haarzich de kleren kapot, krabde zichzelf openzich en stond te huilen. Badeloch vertelt Machteldzei dat zeGysbrechts zichstrijd nergenstevergeefs zorgenwas; omde hoeftvijand teis maken omdat de vijandenniet verslagen zijn. Maar Machteld verteltspoort BadelochGijsbreght dataan de vijanden helemaal niet verslagenbisschop zijnGozewijn en dathaar hetdochter eenKlaeris wonderte isredden dat Badeloch zo rustig kan slapen. Hieropen raadt Machteld Badeloch aan om naar een ander gewest te vluchten. DeAls strijdBroer vanPeter Gysbrechtkomt isaanstormen volgensen haarzegt tevergeefsdat geweesthij en deGysbrecht heiligenten hebbenstrijde demoeten kerktrekken verlaten.is Alsdit zijis vluchtvoor zullenBadeloch dehet engelenteken dat haar beschermendroom werkelijkheid was.
Broer Peter vertelt dat de vijand met een groter leger terug kwam en dat de stad in brand staat. Badeloch is bang dat het Gysbrecht te veel wordt. Hij heeft dit niet verdiend; hij is vroom en heeft een goed hart. Broer Peter zegt dat God slechts zijn uitverkorenen wil beproeven. Gysbrecht heeft vanaf de [[Schreierstoren]] gezien hoe de toestand is. Hij wil vechten en zijn bondgenoten zeggen hem toe hem te zullen steunen. Badeloch bid God Gysbrecht te beschermen. In de kapel van het klooster klinkt de rei van [[Clarissen |Klaerissen ]] een lied over de kindermoord in Bethlehem en de hoogmoedige [[Herodes I| Herodes]].
Badeloch schrikt wakker uit haar droom en is heel erg geschrokken van haar droom en de verschijning van Machteld. Gysbrecht blijft erbij dat het slechts verbeelding is.
Broer Peter komt aanstormen en zegt dat hij en Gysbrecht ten strijde moeten trekken. Dit is voor Badeloch een teken dat haar droom werkelijkheid is en echt onheil voorspelde. Broer Peter vertelt dat de vijand terug is in de stad met een groter leger dan ooit. Ze stichten brand en zijn erg sterk. Broer Peter zegt dat de stad verloren is en al het vechten voor niks is geweest. Gysbrecht gaat naar de Schreiers toren om voor zichzelf te zien hoe de toestand is.
Badeloch is bang dat het allemaal te veel wordt voor Gysbrecht. Hij heeft dit niet verdient omdat hij zo'n goed hart heeft en vroom is. Omdat zij in een grote stad leven, krijgen zij alle problemen terwijl de kleine steden rustig zijn. Broer Peter zegt dat God slechts zijn uitverkorenen wil beproeven. Gysbrecht ziet dat de stad in brand staat en wil gaan vechten. De bondgenoten van Gysbrecht zeggen hem toe dat zij voor hem zullen vechten. Gysbrecht zegt hierop dat zij hiervoor door God beloont zullen worden. Badeloch vraagt aan God of hij Gysbrecht wil beschermen.
 
===Vierde bedrijf===
HetGijsbreght vierde bedrijf bestaat uit drie scènes. Tijdensprobeert de eersteoude scènebisschop besprekenGozewijn voornamelijkover Gijsbreghtte enhalen Gozewijn of zij moetente vluchten voor de snel naderende vijand. Gijsbreght probeert de oude bisschop over te halen. Hij wil de bisschop op zijn rug dragen. (Een verwijzing naar Vergilius' Aeneis, waarin Aeneas zijn vader draagt als zij Troje ontvluchten). Gozewijn zegt dat hij te oud is; hij is klaar om te sterven en zich bij God te voegen. De trouwe nonnen, waaronder Klaeris, zeggen Gozewijn niet alleen te kunnen laten. Ook zij zijn bereid te sterven. (De scène werd afgesloten met een ‘stomme vertoning’, waarin temen zien iszag hoe bisschop Gozewijn en de nonnen werden vermoord.) In de tweede scène schrikt Badeloch als zij Arend van Aemstel ziet. Omdat hij alleen is denkt zij dat Gijsbreght gesneuveld is. Arend ontkent dit en doet gedetailleerd verslag van het gruwelijk schouwspel dat zich voor zijn en Gijsbreght’s ogen afspeelde; de strijd, de bezetting, de dood van onder andere Gozewijn en de nonnen. Badeloch vreest dat ook Gijsbreght dood is. In de laatste scène bezingt de rei (van Burghzaten) de pure, oprechte liefde tussen Badeloch en Gijsbreght. Zij geven uiting van het verdriet dat Badeloch door de veronderstelde dood van haar man moet voelen en eindigen met een bede, waarin God gevraagd wordt haar smart te verlichten. Het bedrijf wordt afgesloten met de uitroep van Badeloch dat zij Gijsbreghts stem gehoord heeft en dat hij voor de poort staat.
 
===Vijfde bedrijf===