Ruigezand: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 13:
}}
 
De '''Ruigezand''' is een streekje van zeven boerderijen in de gemeente [[Zuidhorn (gemeente)|Zuidhorn]] in de provincie [[Groningen (provincie)|Groningen]] ([[Nederland]]). De streek ligt in de [[Oude Ruigezandsterpolder]] (of Ruigezand) direct ten zuiden van het [[Reitdiep (rivier)|Reitdiep]]. De naam is een verwijzing naar de ruigte, Gronings voor onontgonnen gebied, en verwijst naar de toestand van voor de indijking, toen het gebied nog [[kwelder]] was.
 
== Geschiedenis ==
Het streekje is ontstaan in de polder die is aangelegd tussen [[1794]] en [[1797]]. Het is grotendeels het werk van twee broers, [[Douwe Teenstra|Douwe (Martens)]] en [[Aedsge Teenstra|Aedsge (Martens) Teenstra]], die hier met ondersteuning van hun vader Marten Aedges Teenstra, een modelpolder wilden inrichten. De uit Friesland afkomstige Marten Aedges kocht in 1776 de boerderij ''Castor'' aan de overzijde van het Reitdiep onder [[Zuurdijk]]. Vanaf deze zijde had hij zijn oog laten vallen op de uitgestrekte ruige, maar vooral ook vruchtbare [[kwelder]] aan de overkant en begon plannen te maken voor inpoldering, welke uiteindelijk door zijn zonen zijn beslag kreeg. Zij kochten twee plaatsen (boerderijwierden op de kwelders), waarvan een boerderij uit 1655 stamde (volgens muurankers) en polderden het overgrote deel (329 ha) van de Oude Ruigezandsterpolder in, nadat in 1757 al een klein deel (44 ha) was gedaan door ene Krijthe (waaronder de stadsplaats [[De Pol (Groningen)|De Pol]]). De weg door de polder, van [[Lauwerzijl]] naar [[Electra (plaats)|Electra]] draagt hun naam, de Teenstraweg.
 
Na de inpoldering lieten de Teenstra's twee nieuwe boerderijen bouwen op de oude plaatsen; Aedges bouwde in 1796 de boerderij ''Oostersche plaats'' aan de Teenstraweg 7 (nu ''Teenstraheerd'' genoemd) en Douwe in 1798 de boerderij ''westersche plaats'' aan de Teenstraweg 9 (op de hoek met de weg 'De Ruigezand'). Het voorhuis van Douwe verrees in 1803 (net als die van Aedges een [[dwarshuis]]), toen deze er geld voor had. In 1926 brandde de schuur af van de vroegere boerderij van Aedsge, die herbouwd werd door [[Willem Reitsema]]. Rondom beide boerderijen liggen nog altijd de oude dubbele singels en grachten. Beide boerderijen staan op de monumentenlijst. Ten oosten van de ''Teenstraheerd'' ligt de boerderij ''Hunzezicht'' en in het westen liggen de boerderijen ''De Oude Plaats'' en ''Rietstee''.
De naam is een verwijzing naar de ruigte, Gronings voor onontgonnen gebied, en verwijst naar de toestand van voor de indijking, toen het gebied nog [[kwelder]] was.
 
{{gallery