Gerard ter Borch (II): verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
kGeen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 15:
== Biografie ==
Gerard ter Borch leerde het schildersvak van zijn vader, [[Gerard ter Borch (I)|Gerard ter Borch de Oude]], een hoge ambtenaar, maar ook een amateur-kunstschilder. Drie van zijn kinderen leerde hij schilderen. Zijn dochter [[Gesina ter Borch]] legde in haar albums talrijke familiegebeurtenissen vast; zijn zoon Moses was eveneens een getalenteerd schilder, maar nam in 1667 dienst op de vloot en stierf bij de [[tocht naar Chatham]].
Gerard ging in [[1633]] in Haarlem werken in het atelier van [[Pieter de Molijn]]. Zijn landschappen werden door Ter Borch van figuren voorzien. In 1635 trok hij naar Engeland en bracht een bezoek aan zijn oom. Nadat deze gestorven was aan de pest, keerde Gerard terug naar Zwolle. Hij reisde naar Italië, maar bezocht mogelijk ook Frankrijk en de Zuidelijke Nederlanden. In 1640 woonde hij in Rome.
Regel 23:
In de jaren vijftig richtte Ter Borch zich op de [[Genrestuk|genreschilderkunst]]. Op deze genrestukken zijn met mensen (soldaten) in hun dagelijkse omgeving te zien, die in onderlinge, soms in een mysterieuze of amoureuze onderlinge verhouding tot elkaar staan. Het genre is ontwikkeld door de Amsterdamse schilders [[Pieter Codde]] en [[Willem Duyster]].
[[Caspar Netscher]] was zijn leerling, maar ook [[Gabriël Metsu|Gabriel Metsu]], [[Frans van Mieris de Oudere|Frans van Mieris]], [[Pieter van Anraedt]] en [[Eglon van der Neer]] zijn door het werk van
Ter Borch ligt begraven in de [[Grote of Sint-Michaëlskerk]] in [[Zwolle]].<ref>Doorn van, F. (2007). ''1000 plekken die je echt gezien moet hebben.'' Arnhem: Terra Lannoo B.V. ISBN 9789058977410</ref>
| |||