Overgangsdialect: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Trewal (overleg | bijdragen)
dialectcontinuum wordt scherpe scheiding aan Nederlands-Duitse landsgrens, zie OP
AJW (overleg | bijdragen)
paragraaf toegevoegd
Regel 1:
Onder een '''overgangsdialect''' wordt een [[dialect]] verstaan dat zowel kenmerken van de ene als kenmerken van de andere dialectgroep heeft. Wanneer een dialect bijvoorbeeld zowel kenmerken van [[Brabants]] als van [[Limburgs]] vertoont, wordt dit beschouwd als een overgangsdialect tussen Brabants en Limburgs (een voorbeeldVoorbeelden van een dergelijk dialect iszijn het [[Tiens]] en het [[Sevenum]]se dialect van de popgroep [[Rowwen Hèze]]).
 
Overgangsdialecten ontstaan door vermenging van twee dialecten. Alle dialecten worden door overgangsdialecten omgeven. Derhalve is er in ons taalgebied sprake van een [[dialectcontinuüm]]: de dialecten gaan geleidelijk in elkaar over. Of er ook tussen [[Nederlands]] en [[Duits]] zo'n continuüm bestaat - Nederlandse en Duitse dialecten bevinden zich onder verschillende [[daktaal|daktalen]] - wordt betwijfeld. Een studie hiernaar in 2008 in het grensoverschrijdende Kleverlandse dialectgebied, dat vroeger als dialectcontinuüm werd opgevat, concludeerde dat de staatsgrens nu een taalgrens is geworden en een scherpe scheiding vormt tussen de Nederlandse en Duitse dialecten.<ref>{{aut|C.H.E. Giesbers}} (2008) ''Dialecten op de grens van twee talen'', Groesbeek, ISBN 9789081304412, p. 135</ref>
 
==Maas-Rijnland==
[[Bestand:Meuse-Rhenish-nl.png|450 px|right|thumb|Het [[Maas-Rijnlands]]e (Limburgs-Nederrijnse) dialectcontinuüm]]Een grootschaliger voorbeeld is het Duitse deel van het Maas-Rijnlandse dialectcontinuüm dat diverse [[Nederfrankisch]]e dialecten in het huidige Duitse taalgebied omvat. Dit gebied sluit geografisch en taalkundig aan op dat van de [[Limburgs]]e en [[Zuid-Gelders]]e dialecten in het zuidoostelijke deel van Nederland. Het begrip Maas-Rijnland heeft in ruimere zin dan ook betrekking op het hele Zuidoost-Nederfrankische taal- en dialectgebied in de zogenoemde [[Maas]]-[[Rijn]]driehoek, thans behorend tot drie landen, waar ook de dialecten van Nederlands en Belgisch Limburg deel van uitmaken. In de middeleeuwen en nog lang daarna heeft dit gebied een zekere culturele eenheid gevormd. Taalkundig bestaat die eenheid nog altijd in het Nederfrankische dialectcontinuüm in deze regio, dat de grenzen van België, Nederland en Duitsland overschrijdt. De staatsgrens tussen Nederland en Duitsland is echter meer en meer een taalgrens aan het worden, vooral sedert de tweede wereldoorlog. Een studie hiernaar in 2008 in het grensoverschrijdende Kleverlandse dialectgebied, dat vroeger als dialectcontinuüm werd opgevat, concludeerde dat de staatsgrens nu een taalgrens is geworden en een scherpe scheiding vormt tussen de Nederlandse en Duitse dialecten.<ref>{{aut|C.H.E. Giesbers}} (2008) ''Dialecten op de grens van twee talen'', Groesbeek, ISBN 9789081304412, p. 135</ref>
 
== Isoglosse ==