Supernova Cosmology Project: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Devon1980 (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
MexicanoBot (overleg | bijdragen)
Regel 8:
 
==Methode==
De methode werd ontwikkeld door astronoom Richard Ellis uit Cambridge. Hij begon in [[1986]] in Chili met een kleine [[Telescoop (optica)|telescoop]]. Na maanden van observeren ontdekte hij de eerste type Ia-supernova. Door samenwerking te zoeken met de onderzoeksgroep uit [[Universiteit van Californië - Berkeley|Berkeley]] kon een nieuwe panoramische [[camera]] op de Britse telescopen op de [[KanarischeCanarische eilandenEilanden]] in gebruik worden genomen, waardoor er veel meer supernova's konden worden ontdekt.
 
De onderzoeksgroep onderzoekt de hemel vlak na nieuwe [[maan]] en maakt opnamen van 50 tot 100 stukken hemel. Daarna worden drie weken later opnamen gemaakt van dezelfde stukken hemel. Deze werkwijze garandeert dat er voldoende supernova's worden gevonden en dat de hemel tussen nieuwe maan en volle maan op zijn donkerst is. Na [[1994]] werd voor verafgelegen supernova's gebruikgemaakt van de Kecktelescoop en van de Hubble. In [[1997]] werden supernova's geobserveerd met een roodverschuiving van 0,83, wat neerkomt op een afstand van 7 miljard [[lichtjaar]]. Die verre supernova's bleken volgens hun helderheid verder weg te zijn, dan op grond van hun roodverschuiving werd verwacht. Hieruit volgde dat de uitdijing vroeger trager was dan tegenwoordig. Volgens de invloed van de zwaartekracht zou de uitdijing tegenwoordig juist minder moeten zijn dan 7 miljard jaar geleden.