Symposium (Plato): verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting |
typo's |
||
Regel 17:
* [[Agathon]] (vanaf 195a): de tragedieschrijver, wiens poëtische interpretatie door Socrates vriendelijk op de korrel wordt genomen. Agathon was, na [[Aeschylus]], [[Sophocles]] en [[Euripides]] een van de belangrijkste tragedieschrijvers.
* Socrates (vanaf 201d): vertelt het verhaal dat hij heeft gehoord van Diotima van Mantinea, de priesteres.
* [[Alcibiades]] (vanaf 214e): sluit de reeks toespraken af met een eerbetoon aan Socrates; hij bevestigt wat
Als belangrijk personage kan ook ''Diotima'' genoemd worden, een vrouw van Mantinea, die Socrates ontmoet zou hebben en die hem alles zou geleerd hebben over het onderwerp van de liefde. Het is zeer te betwijfelen of deze Diotima naar een werkelijke persoon verwijst. Socrates geeft nu op zijn beurt haar kennis door aan zijn vrienden zoals zij hem haar kennis heeft doorgegeven.
Regel 26:
Het 'Symposium' heeft in vergelijking met de andere dialogen zeker meer uitgesproken [[Literatuur|literaire]] kwaliteiten en is gemakkelijker te lezen dan andere dialogen uit de middenperiode, zoals de [[Staat (Plato)|''Staat'']] en de [[Phaedo (Plato)|''Phaedo'']]. Het symposium is ook duidelijk minder 'scherp', zo er is geen sprake van een soort kruisverhoor waarbij Socrates zijn gesprekspartners op het rooster legt. Het 'Symposium' is onderhoudend, geestig en boeit door de levendige beschrijving van de personages, wat ons zoals gezegd waardevolle inzichten verschaft over de manier van leven van de Atheense intellectuele kringen uit die tijd.
Vanuit filosofisch standpunt geeft de dialoog ook commentaar op de theorie van de Vormen door
De redevoeringen van de verschillende sprekers over de liefde weerspiegelen
== De toespraken ==
Regel 38:
*'''Aristophanes''' is de volgende spreker. Hij vertelt een boeiende mythe over hoe we als mensen eens als één wezen bestonden, maar dat we wegens onze overmoed door Zeus als man en vrouw in twee werden verdeeld. Sindsdien zwerven we over de aarde, op zoek naar onze andere helft, waar we ons mee willen verenigen om weer heel te zijn.
*'''Agathon''' volgt Aristophanes op en geeft een retorisch uitgewerkte speech ten beste waarin Liefde geïdentificeerd wordt als jong, mooi, gevoelig en wijs. Liefde is volgens hem ook verantwoordelijk voor de aanwezigheid van alle deugden in ons.
*'''Socrates''' stelt een en ander in vraag en vindt dat Agathons redevoering niet over de Liefde zelf ging, maar over de objecten van de liefde. Hij vertelt dan het verhaal van de wijze vrouw
*'''Alcibiades''': Aan het eind van Socrates' toespraak komt een dronken Alcibiades tussenbeide, valt op de grond, en prijst Socrates luidruchtig om zijn wijsheid. Ondanks Alcibiades' pogingen om ook Socrates te laten proeven van de zinnelijke geneugten, is hij daar nooit in geslaagd, want Socrates is helemaal niet geïnteresseerd in zinnelijk genot.
|