Vrije rijkssteden in de Nederlanden: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Hunsel |
k Gronsveld, Rijckholt, Wittem en Wijlre |
||
Regel 1:
Een '''vrije rijksstad''' of '''vrijstad''' stond niet onder de heerschappij van een [[heer (leenman)|heer]] en viel in principe enkel onder het gezag van de keizer
In Duitsland waren er vele, zie het artikel over [[vrijstad|vrijsteden]].
In de Nederlanden waren er maar enkele die een beroep op de titel van vrijstad deden of konden doen:
*[[Deventer]]
*[[Kessenich]] (nu in [[Belgisch-Limburg]]) bleef als klein dorp een ''vrije rijksstad'' tot [[1795]] toen het opgenomen werd in het [[departement (Nederlanden)|departement]] van de [[Nedermaas]]. Daar hoorde ook [[Hunsel]] bij (nu in [[Nederlands-Limburg]]). Het semi-zelfstandige
*[[Nijmegen]] kwam in [[1247]] in handen van het hertogdom [[Gelre]].
In het huidige [[Nederlands-Limburg]] lagen nog een aantal andere vrije rijksheerlijkheden, waarvan de ''heer'' rechtstreeks of ''onmiddellijk'' onder het rijk viel, maar die geen vrijstad waren. Vele daarvan werden ''gemediatiseerd'', dat wil zeggen dat zij hun ''onmiddellijk'' karakter verloren en in handen kwamen van een andere heer (tussen de eigen heerlijkheid en de keizer in). Het [[graafschap]] [[Gronsveld]] echter en de [[heerlijkheid|heerlijkheden]] [[Rijckholt]], [[Wittem]] en [[Wijlre]] bleven zelfstandig tot aan het einde van het [[Ancien Regime]].
[[Groningen (stad)|Groningen]] daarentegen was bij wijlen zeer onafhankelijk van de bisschop van Utrecht, maar het was nooit een stad zonder heer. De bisschop maakte zijn ''heerlijkheid'' over aan de keizer, die zelf ''heer'' van Groningen werd: zie [[heerlijkheid Groningen]].
|