Karabasj (oblast Tsjeljabinsk): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
TXiKiBoT (overleg | bijdragen)
k robot Erbij: gl:Karabash
Robbot (overleg | bijdragen)
k Botgeholpen doorverwijzing: Katjoesja - Verwijzing(en) gewijzigd naar Katjoesja (raket)
Regel 60:
Eind 1917 werd de fabriek genationaliseerd door de bolsjewieken en het jaar daarop later stopte de productie door het uitbreken van de [[Russische Burgeroorlog]]. Door het stopzetten van de mijnen overstroomden deze al snel met grondwater. Een groot aantal arbeiders uit Karabasj vocht in de [[Rode Garde (Rusland)|Rode Garde]] tegen de ''[[Witten (leger)|Witten]]'' en 96 van hen werden meegevoerd door Witte [[Kozakken]] (die de ''witten'' steunden) naar het zuidelijker gelegen [[Toergojak]], waar ze werden geëxecuteerd en in de mijnschachten werden gedumpt. In 1925 werd de kopersmelter pas weer in bedrijf genomen en tussen 1926 en 1929 werden alle mijnen weer vrijgemaakt van water. In de jaren '20 werd de plaats fors uitgebreid met houten en stenen huizen met twee verdiepingen en werden publieke voorzieningen als scholen, een stadion en een park bij het Bogorodskimeer gerealiseerd. De productie van de smelterij steeg in 1935 tot het drievoudige van het niveau van 1917.
 
Op 20 juni [[1933]] kreeg Karabasj de status van stad onder districtsjurisdictie en op 9 februari 1940 werd de stad onder jurisdictie van de oblast geplaatst. Rond die tijd vervulde de stad een belangrijke functie binnen de nationale economie en in 1934 bezocht [[Grigori Ordzjonikidze]] (van het Politbureau) de stad. Bij het aanbreken van de oorlog in 1941 bedroeg de bevolking ongeveer 50.000 personen, hetgeen het hoogtepunt uit de geschiedenis van de stad vormde. Tijdens de [[Grote Vaderlandse Oorlog]] vertrokken ruim 5000 mannen naar het front, waarvan er 3000 nooit meer terugkeerden. De vrouwen namen veelal het werk over in de fabriek (waarbinnen een afdeling werd gevormd die [[katjoesjaKatjoesja (raket)|katjoesjaraketten]]raketten ging produceren) en in september 1941 kwam een stroom vluchtelingen uit [[Sint-Petersburg|Leningrad]] (dat toen werd [[Belegering van Leningrad|geblokkeerd door de Duitsers]]) naar de stad.
 
In de jaren '50 tot '70 werden veel nieuwe huizen gebouwd en kreeg de stad ook aansluiting op het gasnet. Er werd ook een spoorlijn (normaalspoor) aangelegd naar Kysjtym in die tijd. De bevolking begon in die tijd echter in rap tempo af te nemen door het sluiten van een aantal mijnen: bij de volkstelling van 1959 woonde er nog slechts de helft (24.900) van het vooroorlogse aantal en sindsdien is de bevolking alleen maar verder gedaald tot nog geen 16.000 bij de laatste volkstelling in 2002. Om de bevolking toch van werk te kunnen voorzien werden een radiofabriek en een naaifabriek geopend in de stad.