Alpenkreuzer: verschil tussen versies

'''Alpenkreuzer''' iswas een Nederlands merk [[vouwwagen]] dat haar hele bestaan in [[Sliedrecht]] gevestigd was. De merknaam Alpenkreuzer stamt uit de jaren zestig. De wagens werden in de DDR geproduceerd waarbij van het onderstel diverse onderdelen uit de Trabantfabriek[[Trabant]]fabriek afkomstig waren. De wagens heetten daar overigens niet Alpenkreuzer maar Camptourist.▼

Er waren destijds drie modellen, de Junior, Senior en Super. De Junior had een smaller tweede bed en bij de Super was het volwassenenbed langer. Daarnaast zijn er in de loop van de productie -tot in de jaren tachtig- diverse kleine veranderingen doorgevoerd. Het tentframe is hier en daar aangepast, het type gasstel wisselde met de jaren, de achterlichten zijn vernieuwd en de uitvoering en kleur van de tent is meermaals veranderd. Onderstel en tentframe zijn gemaakt van ijzer. Plaatwerk is [[aluminium]]. De deksels voor en achter zijn van [[polyester]]. De bodem van de wagen is van zes millimeter dik multiplex. Het deksel van de wagen, en dus de vloer wanneer de tent is opgezet, is gemaakt van twaalf millimimeter dik [[multiplex]]. Alles wordt bij elkaar gehouden met tientallen klinknageltjes.▼

De Alpenkreuzer heeft een aantal voordelen ten opzichte van veel andere merken van toen. De harde vloer op de grond (dus lage instap) is ideaal. De keuken, groot en goed van hoogte, is altijd in tien tellen geheel gebruiksklaar, ook onderweg. De laadruimte waarin zeven kratten[[krat]]ten passen, en het kleine uitklapgedeelte aan de buitenkant dat ondersteund wordt met drie stangen, waardoor het grote bed nog een heel stuk groter wordt. Bij de Super is dat gedeelte tot aan de grond met tentdoek[[tent]]doek overspannen, bij de Senior en Junior niet.▼

De wagen is in ingeklapte toestand absoluut tijdloos, hij doet je denken aan vroeger, maar hij past ook heel goed achter een moderne auto. En dat terwijl het toch een zeer uniek ontwerp is. Nadeel is dat het opzetten, vooral ten opzichte van de huidige systemen, best wel veel werk kost. En dan voornamelijk de voortent. Alles bij elkaar ongeveer een uur.▼

De plus- en minpunten van de test van de [[Kampeer en Caravan Kampioen]] uit [[1976]] luidden: + zeer goede wegligging + bagagecapaciteit + toegankelijkheid bagageruimten + grote wielen + goede ventilatiemogelijkheden - slordige afwerking van de wagen (is daarna verbeterd) - voortentframe onhandelbaar en veel speling op de verbindingen (is daarna eveneens verbeterd) - spanners van de tent niet op goede plek (zijn ook gewijzigd).▼