De '''Super G''' is de op een na snelste vorm van [[alpine skiënalpineskiën]], waarbij de skiërs een parcours in zo kort mogelijke tijd moeten afleggen. Bij de Super G zijn extra bochten in het parcours ingebouwd in vergelijking met de [[afdaling]], zodat wat meer skitechniek van de skiërs verlangd wordt. Het parcours is echter minder bochtig dan bij de [[reuzenslalom]]. Het hoogteverschil van het parcours bedraagt 500 tot 650 meter en bij de vrouwen 400 tot 600 meter. In het parcours moeten tenminste 35 poortjes bij de mannen en 30 bij de vrouwen geplaatst worden, waarbij de afstand tussen de poortjes minstens 25 meter moet zijn. Een wedstrijd in de Super-G bestaat uit een manche, waarbij er geen training (in tegenstelling tot de afdaling) maar slechts een bezichtiging voor de wedstrijd plaatsvindt.
==[[Olympische Spelen 2006]]==
Regel 6:
Bij de vrouwen ging de titel naar de [[Oostenrijk|Oostenrijkse]] [[Michaela Dorfmeister]]. De [[Kroatië|Kroatische]] [[Janica Kostelic]] werd 2e en de [[Oostenrijk|Oostenrijkse]] [[Alexandra Meissnitzer]] won het brons.
