André Campra: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
BOTarate (overleg | bijdragen)
k robot Erbij: la:Andreas Campra
Homun (overleg | bijdragen)
k kleine taalkundige correcties
Regel 16:
Door zijn vriendschap met [[Lodewijk IV van Orléans|Louis d'Orleáns]], de zoon van de Filips van Orléans, kwam hij in contact met [[Jean-Baptiste Stuck]] (bijgenaamd Baptistin of Batistin), [[Charles Gervais]] en [[Jean-Baptiste Morin]]. Als 'batteur de musique' (concertmeester/dirigent) leidde hij in de ''Académie royale de musique'' zijn eigen werken, die een groot succes hadden: ''Hésione'', ''Aréthuse'', ''Tancrède'', ''Les Muses'' en ''Iphigénie en Tauride'' (gecomponeerd samen met [[Henry Desmarest]]).
 
Campra was tussen 1705 en 1722 zeer produktiefproductief: naast motetten, [[cantate]]s (''Livre I'' in 1708 en ''Livre II'' in 1714), opera's (''Alcine'', ''Hippodamie'', ''Les Fêtes venetiennes'', ''Idoménée'', ''Camille'' en ''Les Ages'') kregen eerdere werken heruitvoeringen. In 1718 ontving Campra een jaargeld als beloning voor zijn werk en in 1722 werd hij directeur muziek voor de Prins [[Prins van Conti|De Conti]], voor wie hij [[divertissement]]s schreef (die verloren zijn gegaan).
 
De laatste fase van Campra's leven, van 1722 tot 1744, werd bepaald door een tweetal activiteiten: de ''Académie royale de musique'' en de ''Chapelle royale''. [[Delalande]] had in 1722 zijn taken neergelegd voor drie van de vier kwartalen (eigenlijk waren er vier ''sous-maîtres'' voor de ''Chapelle royale'' die de verantwoordelijkheid hadden voor één kwartaal; Delalande had al de vier posten weten te verwerven). De Régent benoemde voor de vrijgekomen kwartalen [[Charles Gervais]], [[Nicolas Bernier]] en Campra. Na de dood van Delalande in 1726 en Bernier in 1734 bleven Gervais en Campra verantwoordelijk voor ieder een half jaar in de Chapelle royale, totdat in 1738 [[Henry Madin|Madin]] en [[Esprit-Joseph Blanchard|Blanchard]] opvolgden. Voor de ''Chapelle royale'' componeerde Campra zijn psalmzettingen voor groot koor. Gezondheidsredenen noopten hem om in 1735 zijn onderwijsfuncties voor de koorknapen te staken. Vanaf 1730 waren zijn taken al zwaarder geworden met zijn benoeming tot inspecteur-generaal van de ''Académie royale de musique'', als vervanger van [[André Cardinal Destouches|Destouches]]. Campra had nog maar weinig tijd voor opera.
 
Campra werd als componist zeer gewaardeerd. Die waardering bleek niet uit de wijze waarop Campra zijn laatste jaren moest doorbrengen: hij stierf hulpbehoevend, eenzaam, verwaarloosd en arm in een klein appartement in [[Versailles]].
 
Zijn werken werden tot lang na zijn dood nog uitgevoerd.