James Ivory (wiskundige): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Ivory (overleg | bijdragen)
nieuwe fouten ook eruit :)
Regel 1:
'''Sir James Ivory''' ([[Dundee]], [[17 februari]] [[1765]] – [[Londen]], [[21 september]] [[1842]]) was een [[Schotland|Schotse]] [[wiskundige]]. Zijn vader, ook James, was horlogemaker.
 
Ivory is opgeleid aan de [[:en:university of St Andrews|universiteit van SaintSt Andrews]], waar hij al uitblonk in de [[wiskunde]]. Hij wilde [[theologie]] studeren, maar na twee termijnen in SintSt Andrews en één in [[Edinburgh]] schoof hij elk idee van een kerk terzijde en werd hij assistent-leraar wiskunde en natuurlijke filosofie in een nieuw op te richten academie in zijn geboortestad Dundee. Drie jaar later werd hij partner in en manager van een bedrijf waar vlas [[Spinnen (textiel)|gesponnen]] werd in Forfarshire, maar zijn vrije tijd ging op aan de studie. Hij kende de antieke en moderne [[geometrie]] van binnen en buiten, en was volledig op de hoogte van de ontdekkingen en methodes van tijdgenoten in heel [[Europa (continent)|Europa]].
 
Zijn vroegste geschrift, terug te vinden in de ''Philosophical Transactions of the Royal Society of Edinburgh'' uit [[1796]], behandelt een [[analytische expressie]] voor de metrische rectificatie van een [[ellips (wiskunde)|ellips]]. Dit en zijn volgende werken tonen een grote vaardigheid in de omgang met [[algebra]]ïsche formules.
Regel 7:
In [[1804]] verruilde hij de spinnerij voor een post op de wiskundestoel in het ''Royal Military College'' te [[Marlow]] (later verhuisd naar [[Sandhurst (Engeland)|Sandhurst]], sinds 1947 de [[Koninklijke Militaire Academie Sandhurst|Koninklijke Militaire Academie]]). Wegens een zwakke gezondheid moest hij die functie in [[1816]] neerleggen, hoewel hij die met groot succes had vervuld. In [[1815]] was hij Fellow van de [[Royal Society]] geworden.
 
Hij publiceerde vele belangrijke memoirs in de ''Philosophical Transactions'' en correspondeerde met bevriende wetenschappers in de Royal Society en de [[Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen#Doel en taken van de Akademie|Koninklijke Academies voor de Wetenschappen]] in [[Ierland (eiland)|Ierland]], [[Parijs]] en [[Berlijn]] en [[Göttingen (stad)|Göttingen]].
 
In een vroege publicatie in 1809 reduceert hij het probleem van de aantrekking van een ellipsoïde massa op een daarbuiten gelegen punt tot het eenvoudigere geval van de aantrekkingskracht van een andere maar verwante ellipsoïde op een overeenkomstig punt daarbinnen. Deze [[stelling (wiskunde)|stelling]] zou bekend worden als Ivory's Theorema. Zijn later werk in de Transactions behandelt zaken uiteenlopend van planetaire baanverstoringen tot het evenwicht van vloeistoffen.
<!--Engelse wiki:
During this period he published in the Philosophical Transactions several important memoirs, which earned for him the [[Copley Medal]] in 1814 and ensured his election as a Fellow of the [[Royal Society]] in [[1815]]. Of special importance in the history of attractions is the first of these earlier memoirs (Phil. Trans., [[1809]]), in which the problem of the attraction of a homogeneous ellipsoid upon an external point is reduced to the simpler case of the attraction of another but related ellipsoid upon a corresponding point interior to it. This theorem is known as Ivory's theorem. His later papers in the Philosophical Transactions treat of astronomical refractions, of planetary perturbations, of equilibrium of fluid masses, etc. For his investigations in the first named of these he received a royal medal in [[1826]] and again in [[1839]].
-->
 
In 1814 won hij een [[Copley Medal]] voor zijn studie van de [[Baan (hemellichaam)|omloopbanen]] van hemellichamen. Zijn geschriften over de [[Lichtbreking|breking van licht]] in de astronomie bezorgden hem koninklijke onderscheidingen in 1826 en 1829. Op voordracht van Lord Brougham maakte [[Willem IV van het Verenigd Koninkrijk|Willem IV]] hem in [[1831]] ridder in de [[Koninklijke Orde van de Welfen (Verenigd Koninkrijk)|Koninklijke Hannoveraanse Welfen-Orde]]. In 1839 kreeg hij een [[eredoctoraat]] van St Andrews.<ref>[http://www-history.mcs.st-andrews.ac.uk/Biographies/Ivory.html]</ref>
In [[1831]] maakte [[Willem IV van het Verenigd Koninkrijk|Willem IV]] hem, op voordracht van Lord Brougham, ridder in de Koninklijk Hannoveraanse Welfen-Orde.
 
==Bibliografie==