Heerlijkheid Geroldseck: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Karel Anthonissen (overleg | bijdragen)
k de
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 23:
De heren van Geroldseck noemden zich sinds het begin van de twaalfde eeuw naar de in 1139 voor het eerst vermelde [[Burcht Hohengeroldseck]] bij [[Lahr (Zwarte Woud)|Lahr]], waaromheen een heerlijkheid ontstond. De stad Lahr kwam in het bezit van het geslacht door het huwelijk van [[Wouter van Geroldseck]], een van de machtigste edelen van de Ortenau, met de erfdochter Helika van [[Mahlberg]].
 
Na zijn dood in 1277 viel het territorium uiteen in twee delen, Lahr-Mahlberg en Geroldseck, waarvan de laatste de volgende generatie wederom werd opgesplitst in Geroldseck, [[Veldenz]] en [[Sulz am Neckar|Sulz]]. Lahr-Mahlberg viel in 1426 door erfenis toe aan de graven van [[graafschap Saarwerden|Meurs-Saarwerden]]. [[Diebold van Geroldseck]] vocht dit met geweld vergeefs aan. Geroldseck kwam in 1504 onder [[leenheer]]schap van [[Oostenrijk]]. Nadat het geslacht der heren van Geroldseck met [[Jacob van Geroldseck|Jacob]] in 1634 was uitgestorven beleende de keizer Hartman van [[Cronberg]] met het gebied.
 
==De heerlijkheid onder het geslacht von der Leyen==
Nadat het geslacht der heren van Geroldseck met [[Jacob van Geroldseck|Jacob]] in 1634 was uitgestorven beleende de keizer Hartman van [[Cronberg]] met het gebied. Na het uitsterven van dit geslacht kwam Geroldseck in 1705 aan de baronnen, sinds 1711 graven van der [[Leyen]]. Graaf [[Filips van der Leyen]] kwam vanwege zijn verwantschap met [[Karl Theodor von Dalberg]] onder protectie van [[Napoleon Bonaparte|Napoleon]]. Hij werd in 1806 in de vorstenstand verheven met soevereiniteit over Geroldseck. Dit vorstendom Geroldseck of Hohengeroldseck (ook "vorstendom van der Leyen") behoorde aanvankelijk tot Napoleons [[Rijnbond (1806)|Rijnbond]] en werd met het uiteenvallen daarvan in 1813 geheel zelfstandig, maar werd in 1815 [[mediatisering|gemediatiseerd]] en kwam weer onder de soevereiniteit van Oostenrijk. In 1819 werd het verkocht aan [[Baden (land)|Baden]].
In 1636 verwerven de graven von der Leyen, die langs de Moezel woonachtig zijn de aanspraak op Geroldseck. Omdat de dochter
van Jacob van Geroldseck in haar tweede echtverbinding met markgraaf Frederik V van Baden gehuwd was, bezet Baden na het uitsterven van het geslacht Kronberg in 1692 de heerlijkheid. In 1697 komt Kasper von der Leyen in het bezit van de heerlijkheid. In 1705 wordt von der Leyen door de keizer beleend met de heerlijkheid. Op 22 november 1711 wordt de vrijheer von der Leyen verheven tot rijksgraaf.
 
NadatPhilips het geslacht der heren van Geroldseck met [[Jacob van Geroldseck|Jacob]] in 1634 was uitgestorven beleende de keizer Hartman van [[Cronberg]] met het gebied. Na het uitsterven van dit geslacht kwam Geroldseck in 1705 aan de baronnen, sinds 1711 graven van der [[Leyen]]. Graaf [[Filips vanvon der Leyen]] kwam vanwege zijn verwantschap met [[Karl Theodor von Dalberg]] onder protectie van [[Napoleon Bonaparte|Napoleon]]. Hij werd in 1806 in de vorstenstand verheven met soevereiniteit over Geroldseck. Dit vorstendom Geroldseck of Hohengeroldseck (ook "vorstendom van der Leyen") behoorde aanvankelijk tot Napoleons [[Rijnbond (1806)|Rijnbond]] en werd met het uiteenvallen daarvan in 1813 geheel zelfstandig, maar werd in 1815 [[mediatisering|gemediatiseerd]] en kwam weer onder de soevereiniteit van Oostenrijk. In 1819 werd het verkocht aan [[Baden (land)|Baden]].
 
[[Afbeelding:GermanyBlackForestCastleHohengeroldseck.jpg|250px|thumb|center|De ruïne van de burcht Hohengeroldseck]]