Orde van Vrijmetselaren onder het Hoofdkapittel der Hoge Graden in Nederland: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
→‎Trivia: aanvulling Charter van Keulen
Regel 227:
Op de bijeenkomst van het Grootoosten van de symbolieke graden van 2 juni 1816 werd besloten om de positie van Grootmeester Nationaal aan te bieden aan [[Frederik der Nederlanden (1797-1881)|prins Frederik]], de tweede zoon van koning [[Willem I der Nederlanden|Willem I]]. De volgende dag gebeurde hetzelfde op de bijeenkomst van het Hoofdkapittel der Oppergraden. De prins accepteerde, en op 13 oktober 1816 werd hij geïnstalleerd als Grootmeester Nationaal van de symbolieke graden. Op 10 december 1817 werd hij eveneens als Grootmeester Nationaal van de Oppergraden geïnstalleerd.
 
De prins ontwikkelde echter al snel - mede onder invloed van zijn omgeving - de mening dat de Oppergraden een verwerpelijke toevoeging aan de vrijmetselarij vormden, maar dat anderzijds de meestergraad onvoldoende ontwikkeld was. Hij riep de leden van de Oppergraden daarom op om over te stappen naar een door hem in 1819 geïnitieerde obediëntie, de '[[Afdeling van de Meestergraad|Afdelingen van de Meestergraad]]'. Per 22 mei 1820 nam hij afscheid van de Oppergraden en een dag later vond de eerste algemene vergadering van de AfdelingAfdelingen van de Meestergraad plaats.
 
In 1835 werd uiteindelijk een convenant gesloten waarbij prins Frederik Grootmeester Nationaal werd van zowel de symbolieke graden, de Oppergraden als de Afdeling van de Meestergraad. Hierbij benoemde hij voor alle drie de obediënties een Gedeputeerd Grootmeester. Dit zou zo blijven tot zijn dood in 1881, waarna elk van de obediënties weer zelfstandig een Grootmeester Nationaal benoemde.
 
=== De twintigste eeuw ===
[[Bestand:Bijou fm 18eme.jpg|thumb|232x232px|Juweel van de 18e graad - Ridder van het Rozenkruis - in de Aloude en Aangenomen Schotse Ritus|links]]Vanaf de eeuwwisseling sprak men over de Hoge Graden in plaats van de Oppergraden en kwam de [[Aloude en Aangenomen Schotse Ritus]] steeds meer in zwang in de Nederlandse Vrijmetselarij. De Schotse ritus was in 1817 in Brussel geïntroduceerd en had zich na de [[Belgische Revolutie|afscheiding]] van [[België]] in 1830 daar verder ontwikkeld. In deze ritus - die 33 graden kent - is de 18e graad die van ‘Ridder van het Rozenkruis'. De Nederlandse graad van Soeverein Prins van het Rozenkruis werd in België beschouwd als equivalent van de Schotse 18e graad en de vraag kwam steeds meer naar voren hoe hier in Nederland mee om te gaan.