Portaal:Verpleegkunde/Uitgelicht/47

Een Port-a-Cath met een grippernaald.

Een Port-A-Cath is een implanteerbaar hulpmiddel waarmee artsen gemakkelijk toegang kunnen krijgen tot grote, diep gelegen aders in het menselijk lichaam. Het bestaat uit een door een siliconenrubberen membraan afgesloten injectiekamer waar een dun slangetje op is aangesloten.

De injectiekamer wordt onderhuids geïmplanteerd, meestal op de borst of in de arm, waar het net onder de huid ligt en gemakkelijk voelbaar is. Het uiteinde van het slangetje wordt in een grote ader, zoals de bovenste holle ader of net in de rechter hartboezem gelegd. Het systeempje wordt gevuld met fysiologische zoutoplossing met een klein beetje heparine erin om te voorkomen dat zich bij het uiteinde bloedstolsels vormen. De implantatieprocedure is een kleine ingreep die weliswaar onder strenge asepsis maar wel onder lokale verdoving kan geschieden.