Zelf bijeengesprokkeld 'woordenboek'


AAAAAAA


aane = ja, het is waar aba = zaad ababea = dochter abaewa = meisje (mv ma) aban = regering abanoma = stiefkind abarima = jongen (mv mmarima) abasem = verhaal abayewa = meisje (mv mmaayewa) abE = palmnoot abE ne = gekookt abEbE = sprinkhaan Abibirim = afrika abirekyie = geit (aponkye) aboa = dier (mv moa) aboawa = werkster abodam = gek abodweE = kin abofra = kind, baby abotErE = geduld abor0be = ananas abrewa = bejaarde abronoma = duif abua = pijp abum = stew, stoofschotel aburonka = grapefruit (sinaasappel van de euro¬peanen) aburo = mais Aburokyire = Europa (lett. Achter de horizon) abusuafo = familie

adagye = tijd adaka = doos adamfo = vriend adanko = konijn adeE = ding, deel (mv nnooma, nneema) adeEnkyoo = tot morgen ademam = beloning adEn = waarom (ayE dEn) adenkye = goedenacht adesoa = bagage adesua = leren, les adesuani = student adidieE = gebruiken, plezier, opbrengst adidiadidi = het plezier van eten adih0 = erf adinam = vork adiye = ijverig adjenkua = verlosser ad0 = wieden, kappen adoa = begrafenisdans adom = hulp aduan = voedsel aduane noani = kok aduasa = dertig aduane = voedsel, aduane die (eten, werkwoord) aduanan = 40 aduokron = 90 aduonu = 20 aduonum = 50 aduosia = 60 aduow0twe = 80 aduro = medicijn (mv nnuro)

adwempa = idee adwene = hersenen adwiriw = verbaasd adwuma = werk (nnwuma = meervoud) afahye = festival afasew = wateryam afe = jaar (mv mfe) afee = kam afebo0 = altijd afei = nu afia = mager, slank afiase = gevangenis afikyire = achter het huis afirinhya = nieuwjaar (afirinhya paa) afofanto = vlinder afuom = boerderij afuru = maag afurumu = ezel

agoo = hallo! (is daar iemand?) agor0 = spel aguaree = badkamer agu h0 = leg neer agya = vader (oom van vaderszijde) agyan = pijl agyanka = wees agyinamoa = kat

aha = hier ahanu = 200 aharawa = long ahabammono = groen ahe = hoeveel ahemfie = paleis ahengua = troon ahia = armoede ahintasem/atirimsem = geheim ahohuo = vreemdeling, buitenlander ahoma = touw aho0den = gezond, sterk lichaam ahohuru = warm ahorow = verschillende ahotefo = zuivere/pure mensen ahwehwe = spiegel ahwerew = suikerriet

aka = over (b.v. 1 jaar), voor (in tijd) akatua salaris akekaduru = gember akoa = dienaar, bediende ak0da = jongen, kind ak0k0 = kip, akoko batan tia ne mma so nanso 0kum w0n, the hen steps on the chicken but doesn't kill them akokosrade = geel akoma = hart akonnwa = stoel akonta = zwager akumaa = jongste akuma = bijl, schoonzus akuraa = dorp akura = muis akwada = jongen (mv nkwadaa) akwama = vakantie (me ma kwan) akwama adwuma = vakantiewerk akye = laat, lange tijd akye deE = kado akyi = achter, rug akyide = taboe akyingyeni = argumentator akyire = achter akyiri = ver weg

ama = voor amankani = cocoyam ampa = werkelijk ampan = vleermuis ampesie = gebakken yam

anaa = of? anadwo = nacht (anadwo k0n k0n = middernacht) anafoo = zuid ananse = spin ani = oog (mv aniwa) (anikum= slaperig) ano = lip (mv nno), buitenkant mond, voor (wo counter ano) a no yE = reactie ani agye = blij, belangstellend anihaw = lui anim = gezicht, tegenover, voor anim tee = rechtdoor anopaduane = ontbijt anopatutu = zonsopgang anka (akutu) = sinaasappel, anka twadeE = citroen ansa = eerst, in het begin, tijdens ansa na = voordat, eerder anum = mond, binnenkant mond anwea = aarde, zand anwummere = avond

apa ho = na apagyaw = verhogen apasoo = schaar apem = duizend ap0 = gewricht ap0nkye = geit ap0 mu = gezond ap0toyoa = om moku te strijken

apue = oost

asa = dansen (zelfst nw) (sa is werkwoord), klaar..m'awie = ik ben klaar a sa = is op asa so = woonkamer asane = terugkomen asaase = aarde (planeet), stuk grond asaso = zitkamer ase = lager deel, onder, betekenis, be¬grijpen, op (w0 party ase = op een feest) aseda = dank asEde = verplicht aseEne = betekenis asem = veel (me pe w'asem), probleem?, woord asene = middel, taille asenka = kerkdienst asew = schoondochter, schoonvader, schoon¬zoon (ook: 0baba kunu), schoonmoeder asikre/ asikyere = suiker asisifo = doof aso = schoffel, oor, straf as0re = kerk (of; as0re dan) asumdue = vrede asuo = rivier, waterput (asuo mu kyen = boot) asutie = gehoorzaam

atam = teil atere = lepel atete = scheuren atetea = mier atew = helder, schoon atifi = noord atrirdinii = malaria at0 = liggen (op) ato = herstel atOe = west atu = verhuizen atwaboa = kavia, marmot atwideE = trap

awareE = bruiloft awia = zon, middag awia bere = middag awiei = eind awoda = verjaardag awofo = ouders awow = koud (awow dime= ik heb het koud, of ik ben verkouden) awu = dood awuraa = mejuffrouw, functionaris

ayaresabea = ziekenhuis ayeakyE = bakken ayebesi = nnawotwe ayebesi mu yi= volgende week, ook wel: a ereba no ayefi = vuil ayemtuo = diarrhee ayi = wegnemen ayisa = wees



BBBBBBBBBB


baabiara = overal baage = tas banku = mais bankye = cassave bati = schouder batwe = elleboog bayre = yam

bE = komen voor, drukt een doel uit, lage toon, in hoge toon is het toekomst bea = plaats bebi/baabi = ergens bebiaa = nergens bebre = veel, bebre yi = veel van dit bedu = aankomen bEn = welke, wat bEn na = wat is, welke van benkum = links bep0 = berg bere = gedurende, tijd, wanneer (bere ben= wanneer qua tijdstip)(mv is mmere, mmere pii= vaak, vele malen) bEtEE = rustig, zacht bEtera = komen, gaan zitten, vestigen, een huis betrekken beyifoo = heks

bi = enkele, beetje, ook (bi, na, nso), een, sommige (onbepaald) biako = 1 biara = elke bini = poep bio = opnieuw biribi = iets, biribi ka ho biemu? Anders nog iets? biribiara = alles bisa = vragen

bo = borst (me bo afuw = mijn borst is gegroeid = ik ben boos) ne bo yE ahe? hoeveel kost het? b0 = spelen, luiden (van bel), dragen (van horloge of doek), bidden, toeslaan. b.v. b0 mpaye, b0 b00l, w'a bo = ben je dronken, bo wa = hoesten (lett. Doen..hoesten) boa = helpen, hulp (mv mmoa), liegen boaa = bundel, bunch boafoo = assistent boaboa = verzamelen bob0 = poederen bodua = staart b0dwese = baard (mn m0dwese) bofrute = oliebol bokiti = emmer b0k00 = oké b0mpaye = bidden b0ne = slecht, vies (bong) bonsua = kopje b00l = voetbal bor0fo = engels bor0de = plantaan bosome = maand b0ta so = verbinden b0were = vingernagels bra = komen (bra mu= kom binnen, bra ha = kom hier) (ontk. mma) (in vervoegin¬gen wordt het ba) brE = moe brEoo = langzaam, rustig, zacht. Bronoso = buurt bruu = blauw bu = halen/ fetch, bu nsuo = haal water bubra = tappils

bue = openen bukiti = emmer, me fa bukiti se nsuo = I haal water met een emmer burgers = ghanezen die uit europa of amerika terugkeren 9in goeden doen) buronya = kerstmis





DDDD


da = nooit, dag, liggen (da ben= wanneer qua dag) daa = altijd da ase = bedankt dabEn = wanneer dabi = nee dabida = nooit/ verboden dabiara = elke dag, dagelijks dadeponko = trein dadewa = spijker dae = slapen dapen = week (mv adapen) dakro = 1 dag dan = kamer da yiye = welterusten


de = gebruiken dedaw = al dEdE = lekker deE = wat betreft, bepaalde dE = lekker, leuk dEn/deEn = hard (ne tirim ye dEn se= zijn hoofd is hard, hij is slecht), wat dedwa yie = shop well

di = eet (maar niet van vlees e.a. harde dingen) didi atem = beledigen di fo = schuldig din = naam (wo dinde sEn)

d0 = hakken, kappen, wieden, liefde dodo = té dodowee = bruin d0kono = kenkey d0kota = dokter, ziekenhuis d0nhwerew = een uur d0nkoro = 1 uur

draevani = bestuurder (mv draevaf0o) dross = ondergoed

du = 10 dubaako = 11 dua = boom, stok, hout due = sorry dufru = selfish w'a dufru pE = you are selfish dukuu = zakdoek dumm = blussen, uitdoen duru, du = hard, aankomen, afdalen dwane = wegwezen, rennen dware = baden, douchen, wassen van het gehele lichaam dwene = denken dwom = lied (nwom= liedjes, muziek) (to nwom= zingen)


EEEEEEE


ebenada = maandag Ebera = toen EbeyE = wat betreft EbEyEdwe = gespannen ebia = misschien ebini = poep ebinie = this is one Ebo = wolken ebo0/eb0 = steen, mist (mv abo0)

Edan = gebouw EdeEn = wat, welk ding (EdE bEn asem= Wat is er?) Edinn = naam (wo dinn de sEn?) edjaadeh = keuken edwa/edwum = markt edwada = maandag Edon = bel Edua = boon eduaba = groente, zaad

efam, efom = grond Efuom = boerderij efiada = vrijdag efie = huis efiri sE = omdat efo = poepen efutuo = advies

egya = vuur Ehafo0 = de mensen van hier Eha = hier Ehaw = zorgen Ehe, EhEfa = waar (hE) Ehena = who, whom, whose ehia = hoeven Eho = daar Ehofo0 = de mensen van daar Ehu = gevaarlijk Ehwan = weg, pad, straat Ehwene = neus EhyEn = schip

Ejie = begrafenis

ekom = honger (ekom dime) Ekon = nek ekramo = imam Ekuru = wond ekyE = pet, hoed ekyedeE = kado ekyi wadeE = het is verboden

emire = champion empena = verkering emo/emu = rijst emono = nieuw emotuo = rijstbal emu = iets

Ena = moeder, tante van moederszijde Enan = been Enie = dit is het, this is it EnneE = dan Ennra = gisteren Ennra akyie = eergisteren? Ene ne nansa = eergisteren? Eno = dat EnsamoneE = express kapot maker Entete = verwijderen Enwono = bitter EnyE hwee = maakt niet uit, hindert niet

Ep0 = elleboog, bot Epo = zee Epoano = strand Ep0no = deur, tafel, (ook: 0pon, apon, pono) mv= npono

ereba = a ereba no = volgende

Ese = tand Ese akye nam = tandvlees EsE = lijken op Esiana = omdat, ten gevolge van, because Esin = Deel, fragment, overblijfsel, (mv asinsin) Esofo = priester Esono = olifant Esoro = boven esum = (esum womu, het is donker)

Eta = vijzel etane = vies Eti = hoofd Eto = bil, gestampte bakbanaan plus pinda etuo = geweer etwa = a etwa to = laatste a etwaam no= vorige

Ewi = dief Ewia = middag, daytime, zon (Ewia d0nko 1 uur 's middags) Ewim/ewiem = het weer, de hemel, de lucht Ewisie = rook Ew0 = slaan Ewura = vuilnis

Eyaadie = goed gedaan Eye aa = gewoonlijk Eyedin = moeilijk Eyefoo = goedkoop



FFFFFFFF



fa = schuilen, half (fa ko = haal weg, wegbrengen, fa ko ma= haal weg naar, fa bre of fa bra= breng), nemen, pakken, geven, fa mame = geef aan mij fa = deel (Kumasi fa hene? = Waar in Kumasi?/ Welke deel van Kumasi?) fam = grond (of: efam)

fE = mooi aantrekkelijk (fEfE/ fEfEE¬fE) feo = kus (lett. zuigen), ano feo = mond¬zoen fere = verlegen

fi = verlaten fi...kopEm = van...tot

fifiri = zweet fira = dragen (trad. kleding) firi = vandaan, vergeven, firi ho= ga weg fitaa = wit fitani = monteur (mv fitaf0o)

fl0k0 = donder op

fo = goedkoop, veel (EyE fo) foforo = nieuw? anders f0o = mensen foro = klimmen, foro tram fonoono = oven

frankaa = vlag fre = roepen

fu = groeien funuma = navel



GGGGGG


ghanafo = ghanezen ghanani = ghanees

gongongon = djembe gram = gapen, wá gram = je gaapt guu = vallen, blussen, overheen gooien gu so = bezig

gya = uitwuiven gya me = laat me (met rust) gyae = stop ermee (bv met huilen) gyaade = keuken gyata = leeuw gye di = geloven/ hopen, lett me gye medi= ik krijg en eet), ontvangen/ wo gye = toelaten gyeene = ui gyina = stop, halt!/ station



HHHHH


hae = huren hare = licht haw = piekeren

he = waar hem = snuiten henanihenani = zonsondergang (hwan ni hwan ni), sch¬emering

hia = ho hia me= ik heb nodig hia = geur naar de neus brengen hini = openen

ho = daar, vlakbij hohoro = wassen van gezicht/ handen/ voeten/ de vaat h0kafo = partner homa = waslijn, touw home = ontspanning homeda = rustdag honam = huid/ lichaam

hu/ hunu = zien hua = inhaleren (vicks)/ ruiken hu yE hi = fed up with, er genoeg van hebben

hwane (hena) = wie hwE = kijken (hwE so= houden) hwee = niets hwehwE = spiegel, zoeken, uitkijken hwenem = neus hwere = consumeren, gebruiken, tijd verdrijven, doorbrengen vergeten me hwere afi= ik vergeet..ik herinner me niet = me n'kaye

hyE = dragen (gewone kleding, schoenen, oorbellen), insteken hye (w) = verbranden, branden, heet hyerEn = penetreren, doorgaan, schijnen hyia = ontmoeten




KKKKK


ka = sluiten, bijten (de eerste beet)(b.v. door hond), rekening, zeggen kafera due = gecondoleerd kakra = beetje, weinig kalabule = fraude kama = fijn, leuk kan = lezen, tellen (kenkan= lees het) kane = lang geleden, vroeger kanea = licht, lantaarn, lamp (mv nkanea) kapentani = timmerman kasa = taal, spreken, rede kasa mu = zin kasei = botten, beenderen

kee = onthouden kEntEn = mand keseE = groot, bezem kEtE = mat keteke = trein kete kete = klein, stukje (mv is kentenkete) ketewa = klein

k0 = gaan, passen bij koko = bort, borstkas, rood kokurobeti = duim k0n = nek kono = smakelijk konkonte = droge cassave k0nt0kwa = vechten koom = calm? Rustig, yE koom= wees kalm kora = kalebas kor0 = weggaan koruo = boot kosi = totdat, untill kosia = ei kote = lul kotie = politie kotodwe = knie kotoku = broekzak kotokuroda = wesp

kra = (wo kra ye = je hebt geluk) kraas = klas kratafaa = bladzijde krawa = slap kron kron = heilige geest

kube = kokosnoot kubenya = kokosnootplantage kum = doden, vermoorden, slchten kumaa = jongste kunafo = weduwe/weduwnaar kuntu = deken kunu = echtgenoot kuntumpu = liegen (wo twa kuntumpu) kura = vasthouden kurom = stad kuru kuruwa = rond kuruwa = kopje, me nom nsuo firi kuruwa mu kusuu = wolken kuta mu yE = vasthouden kutu = pot kutwa = litteken

kwaadje fu = lui kwadaa = jongste kwadu = banaan kwan = soep, vakantie kwasiada = zondag

kyia = groeten kyE = blijven, verdragen, verdelen, schei¬den, delen kyeneE = kom kyew = hoed, pet (me pa wo kyew= a.u.b.) kyere = vangen kyerE = aantonen, bewijzen, onderwijzen, uit¬leggen kyikyi = zonnebril kyinii = paraplu kyi = haat, me kyii nwansenaa = ik haat vliegen



LLLL


loya = advocaat


MMMMM


ma = en/ voor/ meisjes/ geven mako = peper makra wo = vaarwel makye = goedemorgen maha = goedemiddag madwo = goedenavond

me = ik mee = vol, verzadigd (met eten) memeneda = zaterdag mene (minimu) = keel, slikken mere a = wanneer, tijd dat mesre = aub (smeken)

mfaso = winst mafatoho = voorbeeld mfensere = raam mfiase = begin mfikyifuw = tuin mfikyire = achter het huis mfinimfini = midden mfoni = foto

mk0mo = conversatie

mmensa = 3 mmerew = makkelijk mmirika = rennen

misuw = rook

mo, mo, mo = goed moa = dier, hulp mogya/mudwa = bloed moma = voorhoofd

mpa = bed mpaboa = schoen, slipper mpaemu = midden mpase = wandeling mpataa = gerecht mpaye = gebed mpEn = keer/maal mpenu = 2.000 mpo = zelfs mprenu = 2 keer

mm0b0 = jammer, zielig mm0 fraase = kindertijd mu = in


NNNNNN


na = dan nan = voet, been, schoot nan ase = voetzool nantew/ nam = lopen nanaba = grootmoeder nanabarima = grootvader nanakansoa = achterkleinkind nanso = recentelijk nanso = maar, echter nansoaa = teen nante = lopen, me pE se me ko nante wo be ma yEn a ko anaa? nante yiye = vaarwel (loop goed) nantin = hiel nantwiba/nantwibere/ anantwi = koe nantwinini = stier

ne = en/ plus/ zijn, bestaan uit, hetzelfde, identiek zijn ne were abo = het is droevig nea = hij die, dat wat neo eto so mienu = 2e nfinkase = rib nfuturu = stof ngo = palmolie

nhwa = levend nhohow = mier nhya mu = vergadering Nhyra = blessing, nyame inhyra wo = god bless you, god zegene je = dank je nhwiren = bloem

ni = mens, (mv nipa) 'menselijke wezens', samentrekking van ne eyi = is dit, dit is nie = zijn daar, aanwezig, thuis nifa = rechts nim = kennen (ontk. nnim), nim adeE = slim zijn njano = antwoord

nka asem = zich voorstellen nkanka = vooral nkate = pinda nkekaboa = insect nkoaa = alleen, slechts nk0mo = kletsen nkontaa = rekenen/rekening nkra = afscheid nkrataa = brief nkrataafa = bladzijde nkron = 9 nkum = creme nkuorofo = mensen nkuruma = okra nkwa = leven nkwanta = splitsing nkyen = bij/ kant/ naast nkyemu = bijeenkomst nkyene = zout nkukuo = dishes nkuu = creme no = van (verwijzend non = uur

nnaano = afgelopen (afgelopen maandag) nnade = gereedschap nneema = goederen nnera = gisteren nnipa = mensen noa = koken nokware = waarheid nna = schaars (nna ben= wat zijn?) nnan = 4 nnansa = 3 dagen nnanu = 2 dagen nnawotwe = week nne = vandaag nn0namensa = 3 uur nno0ma = dingen nnuaba = fruit nnwowa = bij (insect)

no = dat (minder precies aanduidend dan yi) noa = koken nom = drinken (ook soep en sigaret)

nsa = hand, arm kort uitspreken (nsah = alcohol, nasaler en langer uitspreken) nsateaa = vingers nsa fufuo = palmwijn nsem/ nsam = handpalm nsesa = wisselgeld nsia = 6 nsisimu = gevlekt ns0 = neusdruppels nso = ondanks, ook, alhoewel nso hwE = examen nsoa = contributie voor begrafenis nson = 7 nsono = ingewanden nsonso = grijs nsonson eye dantemu = verschil nsoso = ook

nsra = bezoek nsuo = water nsuo mu nam = vis

nta = tweeling (ata= eentje van tweeling, ntaa= tweeling-meisjes) ntaadE = gewone kleding (ntoma, ntama, ataad¬eE) ntehyewa = astma ntem = spleet (ntem so= snel) ntemo = tussenin ntene/ntine = spieren ntentan = spinneweb nti = vanwege (nti na), dus ntira = reden

ntoboa = contributie ntontom = mug

ntuban = vleugels

nuaba = zuster (mv nuabanom) nufuo = borst num = 5

nwa = slak nwansena = vlieg nwinimu = neus nwom = muziek, liedjes nwoma = boek nwomto = zingen nwotwe = 8 nwura = onkruid

nya = winnen, ontvangen Ehefa na me nya nsuo a to? Where can I get water to buy? nyane = wakker worden nyankont0n = regenboog nyano = antwoord nyansa = wijsheid nyame = god nyamesem = gospel nyankop0n = god nyankont0n = regenboog nye = slecht, niet doen nyem = zwanger nyin = groeien nyinaa = allemaal nyonko = vriend (nyonko bi ato me nsa= een vriend heeft me uitgenodigd, een vri¬end heeft me gegooid met zijn hand)



OOOOOOO


0ba = zoon/ dochter 0banana = kleinkind 0babarima = zoon obarima = man 0bea = vrouw

0bi = iemand obiara = iedereen 0bibini = zwarte man (mv abibifo0) 0b0fo0 = jager ob0o = mv abo0= prijs, steen, zand 0buroni = europeaan obusuani = familielid (mv is abusuafoo)

0defo = rijk 0denkyem = krokodil odepamfo = naaister od0 = liefde 0d0 wo akuma no mu = liefde is in je hart od0n = bel mv nn0n odunsini = kruidendokter odwan = schaap 0dwen nini = ram

0fie = huis 0forote = hert

oguaba = lam (0guamma= mv) ogya = vuur

0ha = honderd 0hemma = koningin -moeder 0hene = chef, hoofd ohia = arm (ohia ma dwendwen = armoede brengt zorgen) ohunu = nul 0hurutututu = long

0kekaw = kiespijn 0komfo = dief ok0n = nek 0kunu = echtgenoot okusie = rat 0kra = kat 0kraman = hond okuani = boer (mv akuafo0) 0kukuseku = gin 0kwan = weg, pad, straat okwansin = mijl mv akwansin 0kwantuni = reiziger 0kyame = vertaler okyena = morgen okyena akyi = overmorgen okyere = leraar

0man = land, staat

0nammon = voet onifuraefo = blind onihafo = lui onua = neef, nicht onuabarima = broer onwini = schaduw

0panin = volwassene, oudste, staatshoofd 0pe = harmattan

0pedu = 10.000 0pepem = 100.000 0pete = gier 0ponk0 = paard 0prae = veger

0sebo = luipaard (mv asebo) 0se = vader 0sEe = kapotmaken 0sekan = mes 0s0fo0 = priester 0somfo = dienaar, bediende 0soro = hemel 0sram = maand 0sre = dij 0su too = regenen 0sygiani = vrijgezel

0twe = antiloop

0ware = lang 0w0 = slang owura = meneer owura yere = mevrouw (vrouw van meneer)

0yarefo0 = patiënt (mv ayarefo0) 0yaresafo/d0keta = dokter 0yere = echtgenote


PPPPPPPP


pa = passeren, langskomen paane = naald panee = injecteren pano = brood papa = ventilator (laag en kort), goed (hoog en hoog,eerste beklemtoond), vader (laag/hoog en klemtoon), aaien (alles lang) pataku = hyena

pE = precies, exact, alleen, grondig, pE sE = willen pear = avocado pEn = ooit penkoro = eens

pia mu (piem) = slaapkamer pira = wond, zich verwonden

poma = wandelstok pomp0 = gezwel, kanker popa = drogen pon = sluiten ponk0 = paard

praa = vegen prae = veger prako = varken prako nam = varkensvlees pretE = bord

punu = dampen (inhaleren) pusu = schudden puye = uitgaan, bv naar het bos

Q...R...



SSSSSSSSS


sa = genezen, dansen, scheppen..sa nsuo saa = o ja, deze, ook saa = zelfde saagefuo = verlosser safoa = sleutel safrE = smeken

sakere = fiets sakura = kaal saminia = zeep sapow = spons

sEE = dat, verspillen seesei = dadelijk (seesei ara= nu meteen) se...a = als sesi = tanden

sekan = mes sEn = meer/minder dan/ hoe sEn sEn = hoeveel sesa = wisselen serE = lach, 0nhwEhwE = glimlachen sewaa = tante (vaderszijde)

siesie = voorbereiden, aankleden, klaarmaken si = staan siso = staan/ plaatsen op/ stoppen/ zitten (van dingen en kinderen) sii = springen en landen, tanden sika = geld yE re som sika = we serve money sika e modwa = geld is bloed (++) simma = minuut sisi = waist= middel, onderrug

sje = aanwezig zijn

so = op, arriveren, veel, vangen?, dragen s0 = aandoen s0 ano = aanmaken (van vuur), sogyano sofi = spade soma = sturen, zenden soromma = ster s0t00 = winkel

sra = smeren srE = heup sre = bedelen

su = huilen sua = weinig, enkele, leren sumii = kussen (in bed) sukom = dorst sukuu = makkelijk sukuuni = student suro = bang suu dae paa = sweet dreams


-¬------------------------------------------------------------ TTTTTTT


taa, tae = vaak

tafrE = likken

takra = veer

tantane = vies

te/ tete = verblijven, voelen, logeren, wonen, zitten (van volwassene), kunnen, ho¬ren, spreken te ase = begrijpen (tenase= ga zitten of tena = gaan zitten?) te nka = ruiken te so = verlagen te te so = verbinden team = schreeuw tEfrEw = kakkerlak tekyerEma = tong tenten = lang tew = schoon

tia = stoppen tiafi = wc, poep tiatia = kort tie = luister tirinwi = haar tirinkwa = gefeliciteerd

to = gooien, leggen, zingen, plaatsen (to twene= iets weggooien) to ho = zet neer toma = kleed, klederdracht t0 = kopen t0n = verkopen t0nko = knikkebollen to0 = belasting (of ntobaa) toosi = tomaat to so = meer geven voor dezelfde prijs torobento = trompet t0wuru = handdoek

traa, trawa = plat

tu = vliegen tukwan = reizen tua, tumpan = fles (rectaal innemen) tuaa = betalen tum = donker tume = kunnen tuntum = zwart turom = tuin

twa = hakken, snijden, bellen, stop twa ntr0 = liegen

twe = vagina twe ba = clitoris twen = wachten twene = brug, drum (to twene= weggooien), droom twere = schrijven twere = schrijven

twitwa = in stukken hakken (twitwa ketekete)


UUUU

ubulubu = dik


VVVVV

YYYY

Yi ano = antwoord


WWW


waf0n = dun

ware = ver wasa = rectaal innemen

we = steken (insect), kauwen (me we k0k0) wei yE = Dit is (o no yE = dat is) were afi = vergeten were aho = verdrietig

wia = stelen wiase = wereld wie = klaar (m'awie) wimkyen = vliegtuig

wo = aanwezig zijn, hebben (ontk. nni) w0 = in (w0 Kumasi = in Kumasi) woo = geboren, ye wo siee soa wo n 'hye ntentensE = als je geboren bent op een heuvel groei je snel (rijke familie..) w0fa = oom van moederszijde w0fase = neef/ nicht (van een oom of tante)

wu = doodgaan (w'awu = hij is dood??) wukuada = woensdag wuram = bos wuram mu nam = bosdierenvlees wusiw = rook w0n mu bi = sommigen



YYY


ya = pijn (eye me ya= het spijt me) yaa se = voor-onder buik yadeE = ziekte yam = maag yamkaw = buikpijn yamtin = constipatie yamtuo = diarrhee yare = ziek yaw = pijn yawda = donderdag

yE = doen, maken, zijn, aardig zijn, be yE = ongeveer, optellen tot een totaal ye dinn, ye komm = stil! yefono = buik yerae = verdwaald yere = echtgenote yere nuaba = schoonzus

yi = deze, dit (preciezer dan 'no'), weghalen yi m'ano = antwoordt me yiye = erg, veel yoma = kameel yoo = goed, ja Yure fi = vergeten

Terugkeren naar de pagina "Twi".