Operatie Unified Protector

Operatie Unified Protector was de codenaam van de NAVO in het handhaven van VN Veiligheidsraadsresolutie 1973, die onder andere een Libische no-flyzone omvatte. De resolutie had tot doel een einde te maken aan de aanvallen op Libische burgers door de strijdkrachten van Moammar al-Qadhafi.

Operatie Unified Protector
Onderdeel van handhaving resolutie 1973
Datum 23 maart 2011 - 31 oktober 2011
Locatie Libië
Resultaat Overwinning voor de NAVO
Strijdende partijen
NAVO NAVO Vlag van Libië Libië
Leiders en commandanten
NAVO NAVO Vlag van Libië Moammar al-Qadhafi

Deze operatie was gericht op:[1]

  • het vliegverbod handhaven;
  • het controleren van het wapenembargo tegen Libië;
  • het beschermen van burgers tegen aanvallen van Kadhafi's regeringstroepen.

Commando-overdracht bewerken

Op 31 maart 2011 om 06.00 uur GMT werd het commando over de luchtaanvallen overgedragen aan de NAVO. Dit commando lag de vorige dagen in handen van de Verenigde Staten.

Belgische deelname bewerken

België zette in het kader van de internationale coalitie en resolutie 1973 van de Verenigde Naties op maandag 21 maart 2011 zes F-16-jachtvliegtuigen, een mijnenjager en een honderdtal militairen in. Dat gebeurde op aansturen van Defensieminister De Crem. Hiermee was België een van de eerste landen die zich aansloten bij de NAVO-operatie Unified Protector.[2] Voor België namen uiteindelijk een F-16-detachement (zes F-16-jachtvliegtuigen – Araxos, Griekenland) en de mijnenjagers Narcis en Lobelia (voor de kusten van Libië) in NAVO-verband deel aan deze operatie. De Belgische F-16's vlogen 615 sorties, waarvan 226 's nachts. Op 173 operatiedagen vlogen de toestellen 2.516 vlieguren. Ze wierpen daarbij 473 precisiebommen af. Daarbij trof 97 procent van de projectielen exact hun doel. Bij geen enkel bombardement werd 'collateral damage' gerapporteerd. De Belgische marineschepen waren 198 dagen op zee. De Lobelia loste in augustus het zusterschip Narcis af. Gedurende 110 vaardagen controleerden de schepen voor de Libische Kust, in het kader van het embargo, in- en uitvarende schepen. 23 dagen werden ze ingezet in hun mijnenbestrijdingsrol voor de havens van Tripoli, Misurata en Al Khums. Internationaal oogstte België grote waardering.[3] Op 31 oktober 2011 eindigde de opdracht officieel voor de Belgische Defensie. Die dag keerden de laatste F-16-toestellen terug naar hun basis in België. De mjnenjager M921 LOBELIA, die op 19 augustus de M923 NARCIS afloste, meerde op 17 november 2011 aan in zijn thuishaven Zeebrugge. Op 24 november 2011 reikte Prins Filip in Beauvechain medailles uit aan alle Belgische militairen die hadden deelgenomen aan de operatie.