Gebruiker:Rodejong/Nieuw/Harald Conradsen
Harald Conradsen (Kopenhagen, 17 november 1817 – aldaar, 10 maart 1905) was een Deens medailleur en beeldhouwer.[1]
Harald Conradsen | ||||
---|---|---|---|---|
Persoonsgegevens | ||||
Volledige naam | Harald Conradsen | |||
Geboren | Kopenhagen, 17 november 1817 | |||
Overleden | aldaar, 10 maart 1905 | |||
Geboorteland | Denemarken | |||
Nationaliteit | Deense | |||
Opleiding | Koninklijke Deense Kunstacademie | |||
Beroep(en) | Medailleur en Beeldhouwer[1] | |||
|
Biografie
bewerkenConradsen was de zoon van hofmedailleur Johannes Just Conradsen (1782–1856)[2] en Dorothea Laurine Møller (1784-1874) en werd luthers opgevoed.[3]
Harald huwde in Kopenhagen op 17 november 1850 met Regine Louise Ørgaard (1816-1900), een dochter van koopvaardijkapitein Svend Vilhelm Ørgaard en Anna Kirstine Altevelt.[2] Zij kregen een dochter, Anna Laurine Dagmar Conradsen[4]
Opleiding
bewerkenHij werd in 1832 toegelaten aan de Kunstacademie in Kopenhagen, waar hij opgeleid werd tot beeldhouwer.[1] In dezelfde periode was hij in de leer bij Hermann Ernst Freund (1786-1840), die hem opleidde tot medailleur, een beeldend kunstenaar die penningen en munten ontwerpt.[5] Hij won met zijn werken 4 medailles: een kleine zilveren medaille (1837), een grote zilveren medaille (1840), een kleine gouden medaille (1843)[6] en een grote gouden medaille (1845)[1]
Tussen 1846 en 1850 bezocht hij Rome, Napels, Florence, Parijs en Londen 1846-50. In 1861 was hij nogmaals in Italië.[1]
Werkzaamheden bij Den Kongelige Mønt
bewerkenToen in 1841 zijn vader Johannes Just Conradsen stopte bij Den Kongelige Mønt, werd Harald aangenomen als medewerker onder medailleur Frederik Christopher Krohn.[5] Na Krohns aftreden volgde Conradsen hem op als medailleur en hij was dit van 25 april 1873 tot 14 september 1901.[1]
Tentoonstellingen
bewerkenTijdens zijn carrière heeft hij vele werken tentoongesteld in Charlottenlund.[7]
Tentoonstellingscommissie
bewerkenTussen 1852-53 alsook tussen 1864-66 zat Conradsen in de tentoonstellingscommissie op Charlottenborg. Tussen 1883-1890 en daarna opnieuw vanaf 1899 maakte hij deel uit van de tentoonstellingscommissie van de Schoolraad en vanaf 1887 ook van de Academieraad.
Enkele werken
bewerkenEnkele van zijn werken zijn:[1]
Jaar | Titel | Plaats | Opmerking |
---|---|---|---|
1841 | Jesus hos Martha og Maria | ||
1843 | Boas og Ruth | Charlottenborg | Kleine gouden medaille |
1845 | Hektors afsked med Andromache | Charlottenborg | Grote gouden medaille |
1855 | Pigen ved brønden | Statens Museum for Kunst | Ertsbeeldje |
Adam og Eva efter syndefaldet | Statens Museum for Kunst | Gipsbeeldje | |
1853-54 | Evangelisterne | St. Heddinge Kirke | 4 ronde terracotta reliëfs |
1871-74 | Evangelist Markus | Christiansborg Slotskirke | Gipsbeeldje |
1872 | Christian IX | Borstbeeld | |
Hij vervaardigde daarnaast ook medailles voor Jonas Collin (1860), Grundtvig (1861), prinses Alexandra (1863), Henrik Krøyer (1870), Johan Nicolai Madvig (1879) en Christoffer Wilhelm Eckersberg (1883).[5]
Harald Conradsen overleed op 10 maart 1905. Hij werd begraven op het Assistens Kirkegård.[1]
Trivia
bewerken- 1873; Erelid van het Kunstacademie in Sint-Petersburg.[1]
- literatuur
- Vilhelm Bergsøe: Danske Medailler og Jetons 1789-1891, 1893;
- Wilcke, J.: Sølv- og Guldmøntfod, 1930;
- Jørgensen, P.J.: Danish Orders and Medals, 1964, 33f;
- Stevnsborg, L.: Danmarks Riges Medaljer og Hæderstegn 1670-1990, 1992;
- Externe links
- (da) Harald Conradsen op de Kunstindeks Danmark & Weilbachs Kunstnerleksikon
- (da) Harald Conradsen in Den Store Danske Encyklopædi (3e uitgave 1979-84)
- Referenties
- ↑ a b c d e f g h i (da) Harald Conradsen op de Kunstindeks Danmark & Weilbachs Kunstnerleksikon
- ↑ a b (da) Johan Conradsen op de Kunstindeks Danmark & Weilbachs Kunstnerleksikon
- ↑ (da) Volkstelling 1860
- ↑ (en) Anna Laurine Dagmar Conradsen (*13 May 1852, Kopenhagen †6 juli 1893, Nakskov)
- ↑ a b c (da) Harald Conradsen in Den Store Danske Encyklopædi (3e uitgave 1979-84)
- ↑ (da) Thiele, Just Mathias Berlingske Tidende 9 april 1844
- ↑ Tentoonstellingen in 1837-39, 1841-42 en 1844-46, 1849, 1852, 1857-58, 1860-61, 1864-68, 1871-72, 1876-77, 1880, 1882, 1885-86, 1892, 1896, 1899-1904. - Zie: KID id=1455