Gebruiker:Martmakkie/Kladblok

De Grote Visserij is een [oude, vroegmoderne, verouderde, archaische] benaming voor de Hollandse haring visserij. In tegenstelling tot de Kleine Visserij (kabbeljouw) en later de Groenland Visserij (Walvisvaart)[1]. De benaming "grote" had niet zozeer betrekking op de haring zelf (een relatief kleine vis) maar meer op het belang van deze visserij voor de economie van Holland. Deze benaming werd ook gebruikt voor in officiële wetsteksten, zoals akten, zoals [een akte/ plakaat] uit [jaar] waarin [een specefiek privilege uitlichten]. [Iets over het belang van kaken, hoe strikt was de term voorbehouden aan het vissen en hoe sterk het kaken?]


College van de Grote Visserij.

De Grote Visserij was in Holland (en later de Republiek als geheel) een privilege voorbehouden aan [steden]. Deze steden waren verenigd in het College van de Grote Visserij waar elke stad een [jaarlijks? lijkt erfelijke functie?] afgevaardigde heen zond. [taken]


Had als taak het bewaren van de kwaliteit van de Hollandse haring(?)

[Hoe zat het met de haringvangst in andere havens in de Republiek die buiten de Staten van Holland vielen?]

Vermaas, 102 heeft een korte beschrijving van de geschiedenis van het College Periode 1795-1813: De haringvisscherij van 1795 tot 1813 (Vermaas, 1922)

Tussen 1798 en [...] lag de haringvangst feitelijk stil wegens de oorlog met Engeland.

Vermaas, 53, meent dat in 1802 de nieuwe wet op de visserij naar de gemeentebesturen van Amsterdam, Dordrecht, Rotterdam, Schiedam, Delfshaven, Vlaardingen, Maassluis, Enkhuizen, De Rijp en Zwartewaal was gestuurd. Kan een hint zijn naar de oude leden van het College van de Grote Visserij.

Noorderkwartier: Enkhuizen, de Rijp

Zuiderkwartier: Rotterdam, Vlaardingen, Delfshaven, Maassluis, Zwartewaal, [...]


Opgeheven binnen het kader van de nieuwe visserijwet, 1801 (Vermaas, 51). Fout: was toen al "Provisioneel Comitté tot de Zaaken van de Groote Visscherije der Republiek". Per 14 oktober verloor het enkel het predikaat "Provisioneel". Zoals het college, hadden de individuele steden/havens ook afgevaardigden die namens hen zitting namen in het Comitté (gebasseerd op Vermaas, 70, maar is vast wel ergens anders een betere uitleg over te vinden die dan ook als bron kan gelden).

Vergaderden tussen [...] in de Bosognekamer, maar verhuisde in [...] (Vermaas)


Sectie over stapelrecht in Noorderkartier (Enkhuizen) v. Zuiderkwartier (meerdere havens, [welke?])

  1. S. Lootsma (1937). Bijdrage tot de geschiedenis der Nederlandsche walvischvaart, meer speciaal de Zaansche. P. N. VAN KAMPEN & ZOON N.V., AMSTERDAM, pp. 12.
Voornaam Achternaam

Madeleijn van den Nieuwenhuizen (Oldenzaal, 1991) is een Nederlandse schrijver, journalist, mediacriticus, onderzoeker en feminist.

Madeleijn van den Nieuwenhuizen werd vooral bekend met haar mediakritische Instagramaccount Zeikschrift, opgericht in juni 2016.[1] Verdere bekendheid verwierf Van den Nieuwenhuizen als columnist bij het NRC.[2] In 2022 publiceerde zij Leven en laten leven: een gedachtewisseling over abortus en zelfbeschikking.[3] Ook werkt ze momenteel aan een boek over de handelingsonbekwaamheid van vrouwen in Nederland. In juni 2022 presenteerde Van den Nieuwenhuizen vier afleveringen van het programma Mediastorm van omroep HUMAN.[4] Daarnaast volgt Van den Nieuwenhuizen een promotietraject in de rechtsgeschiedenis aan de Columbia-universiteit in New York.

  1. Verlouw, Charlot, "De media hebben kritische ogen nodig; Madeleijn van den Nieuwenhuizen heeft ze", 1 februari 2020. Geraadpleegd op 26 september 2022.
  2. Columnist Madeleijn van den Nieuwenhuizen. Geraadpleegd op 26 september 2022.
  3. Madeleijn van den Nieuwenhuizen (Juli 2022). Leven en laten leven: een gedachtewisseling over abortus en zelfbeschikking. Atlas Contact. ISBN 9789045045078.
  4. Hahn, Kim, 'Media zijn te weinig transparant' (1 juni 2022). Geraadpleegd op 26 september 2022.