Gebruiker:Kattiel/Liesbeth Hermsen
Elisabeth Jacoba (Liesbeth) Hermsen (Muiden, 16 april 1895 - 8 december 1980) was een Nederlands verpleegkundige en verzetsstrijder tijdens de Tweede Wereldoorlog. Zij ontving postuum de onderscheiding Rechtvaardige onder de Volkeren van Yad Vashem.
Liesbeth Hermsen | ||||
---|---|---|---|---|
Geboortenaam | Elisabeth Jacoba Hermsen | |||
Geboren | 16 april 1895, Muiden | |||
Overleden | 8 december 1980 | |||
Land | Nederland | |||
Familie | ||||
Beroep | Verpleegkundige | |||
|
Verzetswerk
bewerkenHermsen volgde een opleiding tot verpleegster. Tijdens de Tweede Wereldoorlog had zij een rusthuis in Den Haag. Daar verbleven zes Joodse vrouwen en de niet-Joodse Rie Polak-Mair. De Joodse vrouwen hadden allemaal een vervalst persoonsbewijs.
Op 16 februari 1944 werd in Amsterdam een Joodse man aangehouden. Bij zijn verhoor raakten namen van familieleden en onderduikadressen bekend bij de Nederlandse politie. Hierop volgde op 18 februari 1944 een kettingreactie van arrestaties. Daarbij verraadde verpleegster Antje de Groot het adres van de zes Joodse vrouwen. Op 24 februari 1944 deden twee agenten een onderzoek in het rusthuis van Liesbeth Hermsen. Ze arresteerden Liesbeth Hermsen, Ri Polak-Maier en de zes Joodse vrouwen. Allen werden naar het Oranjehotel in Scheveningen overgebracht. De Joodse gevangenen werden via Kamp Westerbork naar Auschwitz weggevoerd en allemaal vergast. Liesbeth Hermsen en Rie Polak-Mair gingen naar Kamp Vught en werden in september 1944 naar Ravensbrück gedeporteerd; een maand later werden zij overgeplaatst naar het Agfacommando, een buitencommando van concentratiekamp Dachau in München-Giesing.
Eind 1944 brak in het Agfacommando tuberculose uit en werd in het basiskamp Dachau een vrouwenziekenhuisje ingericht. In februari 1945 ging Hermsen naar het basiskamp en werd hoofd van het vrouwenziekenhuisje, terwijl ze zelf ook ziek was. Toen in april 1945 het kamp in München-Giesing ontruimd werd en de gevangenen op dodenmars gingen, bleven ongeveer tien Nederlandse vrouwen van het Agfacommando achter in het basiskamp. Zij werden verzorgd door Liesbeth Hermsen en Jo Goos. Op 29 april 1945 bereikten de geallieerden het kampterrein en werden de gevangenen door de Amerikanen bevrijd. Hermsen bleef tot 27 mei 1945 in Dachau. Omdat ze aan vlektyphus leed, kon ze niet eerder gerepatrieerd worden.[1]
Onderscheiding
bewerkenLiesbeth Hermsen ontving postuum van Yad Vashem de onderscheiding Rechtvaardige onder de Volkeren.
- Suijs, Hans (2020). Samen eervol overleefd: over 652 sterke vrouwen, onder wie het 'pastoorke' van het Agfacommando. Suijs, Zwaag. ISBN 978-94-6345-863-4.
- Hermsen Elisabeth. collections.yadvashem.org. Geraadpleegd op 18 juni 2024.
- Rusthuis Den Haag, Zr. Liesbeth Hermsen. joodsmonument.nl (28 februari 2017). Geraadpleegd op 18 juni 2024.
- ↑ Elisabeth Jacoba Hermsen. verzetsmuseum.org. Geraadpleegd op 18 juni 2024.
Categorie:Nederlands verzetsstrijder in de Tweede Wereldoorlog
Categorie:Kampgevangene in Vught
Categorie:Kampgevangene in Ravensbrück
Categorie:Kampgevangene in Dachau
Categorie:Nederlands Rechtvaardige onder de Volkeren