1784
|
Maatschappij tot Nut van 't Algemeen werd opgericht.
|
1795
|
Er wordt een commissie ingesteld die een nationaal onderwijsplan moet opstellen. De commissie stapt naar de Maatschappij tot Nut van 't Algemeen en vraagt deze om expertise op onderwijsgebied.
|
1796
|
De Maatschappij tot Nut van 't Algemeen komt met een rapport over onderwijs met de titel: Algemene Denkbeelden over het Nationaal Onderwijs.
|
1798
|
Nederland wordt een eenheidsstaat.
|
1800
|
Begin van de Romantiek: tijd waarin er weinig aandacht was voor het kind. Deze werd gezien als een kleine volwassene.
|
1801
|
Onder auspiciën van Jan Hendrik van der Palm komt de eerste onderwijswet tot stand. Deze zou echter nooit worden uitgevoerd.
|
1803
|
De tweede onderwijswet komt tot stand. Deze zou echter nooit worden uitgevoerd.
|
1806
|
Onder de verantwoordelijkheid van Adriaan van den Ende komt een onderwijswet tot stand die, in tegenstelling tot de vorige twee onderwijswetten, wél wordt uitgevoerd.
|
1825-1920
|
De schoolstrijd
|
1848
|
Onder leiding van liberaal Johan Thorbecke komt er een nieuwe nieuwe grondwet tot stand. Deze wet legt onder andere vrijheid van onderwijs vast.
|
1857
|
Er komt een nieuwe onderwijswet tot stand waarin staat dat een vast vakkenpakket moet worden onderwezen. Daarnaast konden scholen haar vakkenpakket uitbeiden.
|
1878
|
Onder de liberaal
|
|
|
±1880
|
Oprichting van lagere scholen: de aandacht voor het kind groeit. Er worden lagere scholen en bewaarhuizen opgericht.
|
1900-1940
|
Reformpedagogiek
|
1917
|
Invoering van de leerplicht.
|
1940-1945
|
Door de Tweede Wereldoorlog en de crisis daarna is er weinig aandacht voor onderwijsvernieuwingen.
|
1945
|
Hernieuwde interesse voor het onderwijs. Er komen nieuwe onderwijsvernieuwingen tot stand.
|
1985
|
Totstandkoming van de basisschool.
|