Gebruiker:Haagschebluf/Kladblok/Gerard van Antoing
Gerard van Antoing (Antoing, ca. 970 - voor 1042) komt ook voor als Gerard Flamens, Gerard de Vlaming en Gerard I van Wassenberg.[1][2] Mogelijk was hij verwant aan aan graaf Arnold van Valenciennes.[3]
Gerard "Flamens" van Antoing | ||
---|---|---|
?-1042 | ||
Heer van Wassenberg | ||
Periode | ca. 1033-1042 | |
Opvolger | Gerard II | |
Vader | (?) | |
Moeder | (?) |
Geschiedenis
bewerkenGerard was afkomstig uit Antoing bij Doornink op de rechter Schelde-oever, en vluchtte rond 1033 met zijn broer Rutger en kinderen en kleinkinderen uit Vlaanderen.[4] Volgens de Anales Rodenses waren ze 'onder druk van de expanderende macht van hun buren' (de graven van Vlaanderen) uit hun geboorteland gevlucht. Er was een verwant van Gerard achtergebleven waarvan een nakomeling, Ailbertus zoon van Amorricus, in 1104 de abdij van Rolduc stichtte.
De stad Antoing, waar Gerard naar vernoemd was, lag aan de Schelde in de mark Ename aan de uiterste westgrens van het Heilige Roomse Rijk. Omdat Boudewijn IV hun gebieden had veroverd wendden Gerard en zijn broer Rutger zich tot keizer Hendrik II. Daar klaagden ze dat ze slachtoffer waren geworden van de door het Rijk aan Vlaanderen verloren gegane gebieden in de zuidelijke mark Ename, die later met andere buurgebieden het graafschap Henegouwen zouden vormen. De keizer ontfermde zich over de twee broers en ze werden 'bij Wassenberg geplaatst'.[5]
Ter compensatie kreeg Gerard de heerlijkheid Wassenberg als woonplaats waar hij als Gerard I "Flamens" ('de Vlaming')[6][noot 1] stamvader van het geslacht Gelre werd. Er wordt niet vermeld dat hij graafrechtelijke bevoegdheden over Wassenberg kreeg. Hij kreeg zoveel land toebedeeld dat zijn nakomelingen vorst van de streek zouden worden. Het is niet meer na te gaan welke goederen hij toebedeeld kreeg, maar in ieder geval het eigengoed of allodium Wassenberg. Hij is één van de voorvaderen van onder anderen de graven van Dodewaard en Veluwe en van de graven en hertogen van Gelre.[7][8]
Zijn broer Rutger kreeg de heerlijkheid Kleef, waar hij stamvader werd van het eerste Huis van Kleef, dat in 1368 in de mannelijke lijn uit zou sterven. Deze gebieden waren vrij gekomen na de moord van Adela van Hamaland op Wichman van Vreden (wiens goederen aansloten op Hamaland). Hierdoor kwam het goed van Wichman vrij en werd het gebied van Adela en haar echtgenoot Balderik (graaf van Hamaland, Drenthe en Salland) door de keizer geconfisqueerd.
Gerard was getrouwd met Bava van Hamaland, dochter van Diederik van Hamaland (zoon van Adela en haar eerste echtgenoot Immed IV en kleinzoon van Wichman van Hamaland en Liutgard van Vlaanderen). Dit huwelijk gaf hem aanspraak op een deel van de geconfisqueerde gebieden.[bron?]
Gerard werd opgevolgd door zijn zoon Gerard II van Wassenberg.[noot 2]
Zie ook
bewerken- Winter, Johanna Maria van (2013) 'Adel en ridderschap in Gelre, tiende tot dertiende eeuw' in: Adel en ridderschap in Gelre, eindredactie Ingrid D. Jacobs (WBooks)
- Jahn, Ralph G. & Johanna Maria van Winter (2003) 'De genealogie van de graven en hertogen van Gelre' in: Jacobs< I.D. (eindred.) Het hertogdom Gelre: Geschiedenis, kunst en cultuur tussen Maas, Rijn en IJssel (Uitgeverij Matrijs)
- Noordzij, Aart (2009) Gelre. Dynastie, land en identiteit in de late middeleeuwen. ( GELRE Vereniging tot beoefening van de Geldersche geschiedenis, oudheidkunde en recht), proefschrift
- Noten
- ↑ Gelre.doc Het is natuurlijk niet onaardig dat zo'n schimmige gestalte op grond van de bijnaam Flamens van enkele geschiedschrijvers een vlammend rode haardos heeft gekregen, maar te langen leste zijn de geleerden het er toch bijna over eens geworden dat Flamens of Flamensis niet op de kleur van de haren slaat, maar op de Vlaamse afkomst van de man.
- ↑ Wegens de schaarste aan bronnen wordt deze laatste in sommige genealogieën ook wel als dezelfde persoon beschouwd.
- Referenties
- ↑ Jahn & Van Winter (2003), p. 33
- ↑ Nederlandse Familienamenbank Vlaming
- ↑ Merckens, О. (1943)Die Ahnenstämme „von Cleve" und „von Heinsberg" (Rheydt Wuppertal/Elberfeld) p. 74, noot 6]
- ↑ Verdonk, Henk (1992) De oorsprong der graven van Gelre, Brochure nr. 7
- ↑ Annales Rodenses, p. 69.
- ↑ La Chronique de Saint-Hubert
- ↑ Noordzij (2009) p. 134
- ↑ Verdonk (1992) p. 20-23