Gebruiker:Ecritures/Ambtenaren

De jeugd- en zedenpolitie was een dienstonderdeel bij de Nederlandse Politie in Nederland.

Geschiedenis

In Groot-Brittannië en de Verenigde Staten werden vanaf het midden van de negentiende eeuw vrouwen aangesteld als matrons, bewaarders van vrouwelijke gevangenen, aangesteld in gevangenissen en politiebureaus. In Nederland vormde de Nationale Tentoonstelling van vrouwenarbeid die in 1898 ter ere van de troonsbestijging van koningin Wilhelmina werd gehouden een stimulans voor betere mogelijkheden voor banen voor vrouwen. Tijdens de tentoonstelling bepleitte onder andere de feminist Elise Haighton dat specifieke banen alleen door vrouwen uitgevoerd zouden moeten worden: het bewaken van vrouwelijke gevangenen was daarvan volgens haar een goede voorbeeld. Naast het bewaken van vrouwelijke gevangenen werd ook het bewaken van een goede moraal in fabrieken bij uitstek gezien als een vrouwentaak; vrouwen werden gezien als tactisch en beleefd. Rond 1900 hadden de vrouwen uit de gegoede burgerij veel interesse in liefdadigheidswerk en sociale arbeid; banen die als passend voor vrouwen werden gezien. De opkomst van de arbeidersklasse zorgde ervoor dat de gegoede burgerij aandacht besteedde aan het bestrijden van nijpende problemen als prostitutie. Daarnaast werden woningopzichteressen ingezet als politieachtige hulpverleners en controleurs: zo werd arbeiders geleerd beschaafd te wonen'. Ook stationsdames - vrouwen die alleenreizende meisjes op grote stations beschermden tegen pooiers en vrouwenronselaars - voerden werkzaamheden uit die nauw verwant waren aan later politiewerk. [1]

Aan het begin van de twintigste eeuw werden nieuwe wetten aangenomen die door de politie op lokaal niveau gecontroleerd en gehandhaafd ntie was om ze te controleren. Voorbeelden hiervan zijn de Wet op de Leerplicht (1901, kinderen tussen de zes en twaalf waren verplicht naar school te gaan) en de Kinderwetten (1905, minderjarigen konden bij gevaar aan de ouderlijke macht onttrokken worden). Ook de zedelijkheidswetten werden aan uitgebreid: zo bevatte de Zedelijkheidswet (1911) een bordeelverbod en nieuwe bepalingen over o.a. souteneurschap, pornografie en het verleiden van minderjarigen.  

  1. Manneke, Nelleke. (1998), Vrouwen van kaliber : politievrouwen in de twintigste eeuw. Nederlands Politie Museum. ISBN 9075851030.