Gebruiker:Chrystle Dassonville/Kladblok

Kasteel De Mot

Kasteel De Mot is oorspronkelijk een omwaterd kasteel voltooid in 1719, gelegen in Ternat (Vlaams-Brabant) dewelke menige malen van eigenaar verwisselde. Uiteindelijk komt het in de handen van het gemeentebestuur van Ternat terecht die het als gemeentehuis liet inrichten.

Middeleeuws herenhuis bewerken

Op de plaats waar in 1719 het bakstenen kasteeltje De Mot werd opgericht stond voorheen een middeleeuwse versterking, een mot of mottekasteel genoemd, zo blijkt uit archiefstukken van de dienst erfgoed Vlaams-Brabant. Deze mot was omgeven door een brede slotgracht, zo kun je nog zien op historische kaarten zoals de kaart van de Oostenrijkse Nederlanden van graaf Ferraris die tussen 1771 en 1778 werd gerealiseerd. De gracht zou tussen 1860 en 1870 gedempt zijn. Op de kadasterkaart van Popp die uit deze tijd dateert staat ze nog op getekend. Na de sloop van het middeleeuwse herenhuis werd in 1719 een renaissancekasteel opgetrokken door de bouwheer Sebastianus De Heze. Hij behield de mottestructuur.

Architectuur bewerken

Het gebouw is een juweeltje van Vlaamse Renaissance. '1719', het jaar van voltooiing prijkt op de voorgevel. Het voormalig omwaterd kasteel is in traditioneel baksteenmetselwerk opgetrokken met gebruik van een zandstenen (lage) plint en arduinen onderdelen. Het dubbelhuis heeft vijf traveeën en twee verdiepingen, afgedekt met een hoog leien schilddak met houten dakkapellen. De middelste travee loopt uit op een vierkant torentje met galmgaten. De ingangsdeur heeft een arduinen omlijsting. Boven de portiek, de beeltenis van Sint-Gertrudis onder een druiplijst. Aan beide zijden flankerende bijgebouwtjes met een travee, één verdieping, en een leien schilddak opgetrokken in dezelfde bak- en zandsteenstijl dateren uit de 19de en 20ste eeuw. De recentere aanhorigheden (gebouw met platte daken) hebben vermoedelijk gekopieerde of hergebruikte rondboogdeuren die dateren uit de 18de eeuw.

Van Motte tot kasteel bewerken

 
Kasteel De Mot

Van de vroegere geschiedenis van Ternat en bijgevolg ook van de eigenaars van de Motte is er bijna geen archief meer terug te vinden. Door het bombardement door Louis XIV in 1695 zijn er heel veel gebouwen in de as gelegd waaronder ook het gebouw waar het archief van Ternat in ondergebracht was. Vanaf de 2de helft van de 17de eeuw is er weer archiefmateriaal in het Rijksarchief voorhanden. Vanaf 1770 worden de kopieën van de verkoopsaktes in het oude gemeentehuis bewaard. De motte heeft verscheidene eigenaars gehad. De oudst bekende eigenaar van de Motte is de Brusselaar, Jan Van Cutsem dewelke getrouwd was met Maria van de Voorde. Zij waren eigenaar tot 1673. Vanaf 1825 is Jan-Baptist De Wolf uit Aalst samen met zijn vrouw Joanna Catharina Plas de eigenaar. Na het overlijden van zijn vrouw op 19 november 1845 verkoopt hij het kasteel aan het gemeentebestuur van Ternat. In 1845 is het gebouw ingericht in Kasteel De Mot.

Het kanon bewerken

Na de eerste wereldoorlog (1914-1918) bleef er een Duits kanon, alias "Mörser 10", achter. Het tuig werd geplaatst recht op het terrein dat gelegen was voor het oude gemeentehuis geplaatst in de nabijheid van de publieke pomp. De 21 cm Mörser 10 was de voorganger van de zwaardere "Dikke Bertha". Dit "oorlogssouvenir" wordt op bevel van de hogere militaire overheid in 1934 weggehaald.

Steenput bewerken

 
De gerestaureerde pomp van het oude gemeentehuis - foto genomen op 02/2017

In zitting van 17 mei 1894 besliste de gemeenteraad een "steenput" te plaatsen voor het gemeentehuis "aangezien het water van den tegenwoordigen put onzuiver en ongezond was”. Aan de hand van oude prentkaarten blijkt dat het echter nog zes tot negen jaar duurde eer de nieuwe steenput werd gerealiseerd. Omstreeks 1900–1903 werd de sierlijke arduinen pomp bovenop de put geplaatst zo blijkt uit oude prentkaarten uitgegeven door Nels en L. Lagaert , waarop de pomp nog niet aanwezig is, en een prentkaart uitgegeven door Schailléé (oude serie) waarop de pomp wel al te zien is.

Het nieuwe gemeentehuis alias Gemeentehuis bewerken

 
Het (nieuwe) Gemeentehuis

In 1850 wordt het kasteel omgebouwd tot gemeentehuis. Ze bewaren het gebouw in zijn oorspronkelijke staat tot het einde van de 19de eeuw en dichtten de wallen om achteraan en in de tuin klaslokalen te bouwen. Vanaf 1 januari 1977 fungeert het gebouw als gemeentehuis voor (Groot) Ternat. De muren met poorten met 18de eeuwse bogen aan weerszijden van het gemeentehuis vormen de afsluiting van en toegangen tot de speelplaats van de gemeenteschool. Bij de bouw van het nieuwe gemeentehuis werden de 19de-eeuwse gemeenteschoolgebouwen afgebroken en verhuisde de pomp naar het gemeentelijk depot voor de restauratie ervan. Na de restauratie werd de pomp op 10 september 2016 teruggeplaatst niet ver van de oorspronkelijke inplantingsplaats. Aan de pomp wordt een bord geplaatst met wat uitleg over de historische site. Op 29 mei 2015 opent het nieuwe gemeentehuis van Ternat. De gemeente ging op zoek naar een nieuwe naam voor het gemeentehuis via een wedstrijd onder de inwoners. Uit 69 inzendingen koos het gemeentebestuur voor de naam: ‘Gemeentehuis’. 10 miljoen euro heeft het gebouw gekost. Het is een passiefbouw met allerhande technische snufjes, beton, glas en open ruimtes. Ook de bibliotheek is hier gevestigd.

Categorisering bewerken

Het oude gemeentehuis is beschermd als monument omwille van het algemeen beland door de historische en de artistieke waarde.

Beschermd monument bewerken

Sinds 5 maart 1958 is het als beschermd monument 'Gemeentehuis Ternat' geklasseerd.

Erfgoed in België bewerken

Sinds 05 oktober 2009 is Kasteel De Mot vastgesteld als bouwkundig erfgoed.


Sint-Gertrudiskerk Ternat
 
Parochiekerk Sint-Gertrudis Ternat
Restauratie(s) 1892-1896
Architectuur
Afmeting grondoppervlakte bedraagt 860m²
Portaal      Christendom

De gotische parochiekerk Sint-Gertrudis van Ternat (België), oorspronkelijk omringd door een kerkhof, werd door Jules Jacques Van Ysendyck ontworpen en dateert uit de 15de/16de eeuw. Tussen de rij bomen van de Dreef, die het waterslot van Kruikenburg met de Sint-Gertrudiskerk verbindt, is de kerktoren al van ver zichtbaar. De kerk is gewijd naar de heilige Gertrudis van Nijvel.

Geschiedenis bewerken

Bisschop Odo van Kamerijk (Cambrai) spreekt voor het eerst over ‘Nath’ in 1112. Hij noemt het een annex van Wambeek. We moeten wachten tot 1243 eer we nog eens een geschrift hebben waarin sprake is van ‘Nath’, maar deze maal als een volwaardige parochie, een Onze-Lieve-Vrouwparochie. Vanaf het jaar 1500 is de naam gewijzigd naar Sint-Gertrudis, gewijd naar de heilige Gertrudis van Nijvel.[1] De kerk, die eerst niet meer dan een kapel was, werd regelmatig vergroot. Na een uitbreiding in 1594 valt de bliksem op de kerk waardoor het vele honderden jaren duurt vooraleer de kerk terug in zijn oude glorie wordt hersteld. Tijdens de Franse Revolutie wordt de kerk gesloten om de kunstschatten te kunnen bewaren doch verdwenen er voorgoed. Met Pastoor Lascabanne, op het einde van de 19de eeuw, werd een groots restauratieproject opgezet. Jules Jacques Van Ysendyck was de architect. Na deze renovatie wordt de kerk omgeven door een balustrade.

Architectuur bewerken

De kerk is opgetrokken in zandsteen en sluit daarmee aan bij de Brabantse gotiek uit de 15de en 16de eeuw. De westtoren is 50 meter hoog en 6,5 meter breed. Hij wordt bekroond met een ingesnoerde spits die sinds de restauratie in 1896 omgeven is door een balustrade. In het torentje aan de zuidkant bevindt zich de draaitrap die toegang geeft tot de toren en de klokkenkamer. Het torentje draagt een kruik, verwijzend naar de heerlijkheid Kruikenburg. Er zijn talrijke glasramen, in verschillende stijlen waarvan de oudste dateert uit 1896. In de zijbeuken worden in 1973 nieuwe moderne glasramen geplaatst. In de kerk bevindt zich boven het altaar een houten beeld van Sint-Gertrudis. Het jaartal 1627, boven de zuidoostelijke zuil van het middenschip, verwijst naar de overkluizing en de voltooiing van koor, schip en de zuidelijke transeptarm. Tegen de kerkgevel zijn oude grafplaten opgehangen die vermoedelijk afkomstig zijn uit de kerk. Aan de zuidgevel zijn een vijftal blauwhardstenen graftekens bewaard waaronder twee tombes met een ijzeren omheining.

Heden bewerken

In de 20ste eeuw word de kerk opnieuw 100 jaar later onderging deze kerk opnieuw een restauratie o.l.v. architect De Backer.

Kerkhof bewerken

Het kerkhof werd volledig geruimd in XXXX en omgevormd tot een groene zone. Het kerkhof werd daarna ingericht aan de Brusselstraat (wijk Cantillon), 1740 Ternat.

Monumentenstatus bewerken

Beschermd monument bewerken

De kerk is sinds 25 maart 1938 aangewezen als beschermd monument parochiekerk Sint-Gertrudis.

Erfgoed in België bewerken

De parochiekerk Sint-Gertrudis heeft sinds 5 oktober 2009 als bouwkundig erfgoed.[2]