Glucosetransporters of GLUT zijn membraaneiwitten die behoren tot de membraangebonden suiker-transporters van onder andere glucose, galactose en fructose.[bron?] Het zorgt voor gefaciliteerde transport van glucose.

β-D-glucose-molecuul (druivensuiker)

Er zijn verschillende soorten die elk werken met een eigen affiniteit voor suiker en soms specifiek voor een bepaald type weefsel. GLUT-1 komt op de meeste cellen voor en is de belangrijkste glucosetransporter over de bloed-hersenbarrière. GLUT-3 is specifiek voor hersen- en zenuwweefsel en is eveneens aanwezig in de placenta. In vetweefsel en skeletspieren zorgt het insuline-onafhankelijke GLUT-1 voor een constante, trage toevoer van glucose naar deze weefsels, terwijl GLUT-4 veel sneller glucose naar deze weefsels kan transporteren, maar uitsluitend na stimulering door insuline. GLUT-6 komt voor in de hersenen, leukocyten en in vetweefsel, GLUT-8 vooral in de cellen van de testes en veel minder in het skelet- en hartspierweefsel. GLUT-11 is specifiek voor skelet- en hartspierweefsel. GLUT-7 transporteert glucose uit het endoplasmatisch reticulum.