Diplomatieke titulatuur

Diplomatieke titulatuur wordt gebruikt om de diverse senioriteitsniveaus van diplomaten aan te geven. In de diplomatie is het gebruikelijk om rangen aan de diplomaten toe te kennen.

Diplomatieke titulatuur in Nederland

Hieronder volgt -van hoog naar laag- een lijst van de meest gebruikte diplomatieke titels in Nederland:

• buitengewoon en gevolmachtigd ambassadeur
• nuntius
• gevolmachtigd minister
• ambassaderaad, handelsraad, landbouwraad, verkeersraad, raad
• eerste ambassade- of handelssecretaris
• tweede ambassade- of handelssecretaris
• derde ambassade- of handelssecretaris
• attaché, militair attaché, defensieattaché of landbouwattaché
• adjunct-attaché

Daarnaast bestaan nog de titels die worden toegekend aan consulaire ambtenaren:

• consul-generaal (gelijkgesteld met een ambassaderaad of gevolmachtigd minister)
• consul (gelijkgesteld met een eerste ambassadesecretaris)
• viceconsul (gelijkgesteld met een tweede ambassadesecretaris)
• adjunct-viceconsul (gelijkgesteld met een derde ambassadesecretaris)

de eerste drie titels kunnen ook worden toegekend aan honoraire ambtenaren van de Nederlandse Dienst Buitenlandse Zaken.

De volgende titels worden in de praktijk niet meer toegekend: buitengewoon gezant en gevolmachtigd minister#diplomatie, gezant, directeur der kanselarij (der eerste klasse), kanselier (der eerste klasse).

Naast diplomatiek- of consulair personeel is er op Nederlandse posten in het buitenland ook ondersteunend personeel werkzaam. Deze medewerkers krijgen geen diplomatieke titel. Personeel dat lokaal in dienst genomen wordt ontvangt evenmin een titel.