Boerenkaas

Kaas van rauwe melk

Boerenkaas is Nederlandse kaas die grotendeels met de hand is gemaakt van rauwe melk. De benaming is sinds 2007 door de Europese Unie beschermd als gegarandeerde traditionele specialiteit. Alleen Nederlandse kaas die volgens traditionele en gecontroleerde bereidingswijze op een kaasboerderij bereid is, mag als boerenkaas worden verkocht.

Onderwijsfilm over de productie van Goudse boerenkaas in 1943 (duur: 15 minuten)

Boerenkaas en fabriekskaas bewerken

Het belangrijkste verschil tussen de boerenkaas en fabriekskaas is de grondstof, de melk. Op de boerderij gaat men uit van rauwe melk, gekoelde melk van de avond tevoren en nog warme melk van dezelfde ochtend. Bij de kaasfabriek wordt de melk eerst gepasteuriseerd, dat wil zeggen vijftien seconden lang verhit tot een temperatuur van circa 72 °C. Daardoor wordt een aantal bacteriesoorten gedood. Een tweede verschil is dat men in de fabriek uitgaat van gestandaardiseerde melk. Dat wil zeggen dat het vetgehalte van de melk op een bepaald niveau is gebracht. Op de boerderij kan het vetgehalte variëren. Een derde verschil is dat op de boerderij de kaas grotendeels met de hand wordt gemaakt. Het productieproces gebeurt volledig op de kaasboerderij. Door de lokale bereiding heeft het product een bedrijfs- en streekgebonden smaak, want bij de ontwikkeling ervan spelen factoren zoals klimaat, grondsoort, gras en ander veevoeder een rol. Boerenkaas heeft dus een typisch "goût du terroir".

Na de productie moet de kaas kortere of langere tijd rijpen. Omdat hierbij de omstandigheden (temperatuur, vochtigheid, hygiëne) goed beheerst moeten worden, wordt er doorgaans niet op de boerderij gerijpt maar in gespecialiseerde kaaspakhuizen.

Vervaardigen van boerenkaas bewerken

Het vervaardigen van de kaas gebeurt vrijwel altijd door de agrarisch ondernemers zelf. Er zijn daarvoor op de boerderij aparte bedrijfsruimten met moderne hulpmiddelen. Terwijl in vroegere tijden alles met handkracht moest worden bewogen, is er nu elektrische aandrijving. Bijvoorbeeld voor de snijmessen, om de wei te scheiden van de wrongel en andere handelingen. Ondanks deze hulpmiddelen is het werk nog grotendeels handwerk waarvoor veel ervaring nodig is. De benodigde kennis gaat vaak van ouder op kind over, met een eigen familierecept. Hygiëne speelt daarbij een grote rol. Gebrek daaraan leidt tot ketens van kleine tot soms zelfs flinke gaten in de kaas, veroorzaakt door de gassen die geproduceerd worden door vreemde bacteriën.

Productieproces bewerken

De ongepasteuriseerde melk wordt verwarmd tot 29 graden Celsius. Dan gaat er eerst zuursel bij om de melk aan te zuren en daarna stremsel om haar te laten stremmen. Als de melk gestremd is na ongeveer een half uur wordt de wrongel fijngesneden (stukjes ter grootte van flinke erwten). Nu wordt er een deel van het vrijgekomen vocht, de wei, afgeschept. Er gaat heet water bij, bij koeienmelk twee keer, waarbij de wrongel eerst tot 33 en een kwartier later tot 36 graden wordt opgewarmd. Bij geitenmelk en Baby-Goudse wordt meestal in een keer naar 36 graden opgewarmd. Na een half uur heel langzaam roeren van de wrongel wordt deze na een kwartiertje narijpen in rust in kaasvormen gedaan en goed aangeduwd. Daarna laat men de nog zeer jonge kaas in de vorm, maar omgekeerd en rustend op het deksel (de volger) een poosje uitlekken. Dan wordt de kaas uit de vorm gehaald en ondersteboven er weer in gedaan en voorzien van een kaasmerk. Daarna gaat de kaas in de pers. Eerst met half gewicht en na enkele uren wordt hij weer gekeerd en zwaarder geperst. De kaas wordt uit de pers gehaald, nogmaals gekeerd en meestal 10 tot 12 uur na het begin van het kaasmaken, soms echter pas de volgende ochtend, uit de vorm genomen en in een pekelbad gelegd, vaak bestrooid met wat zout om uitdroging te voorkomen.[bron?] Afhankelijk van het gewicht van de kaas 1 tot 6 dagen. Ook tijdens het pekelen wordt de kaas af en toe gekeerd. Tot slot gaat hij de rijpingsruimte van boerderij in, en wordt in de eerste week dagelijks gekeerd, later minder vaak. De klimaatbeheersing in deze ruimte is handmatig geregeld en is afhankelijk van natuurlijke atmosfeer. De kaas krijgt een beschermlaag om schimmel te voorkomen, ook wel kaascoating genoemd. Na een week of zes is de kaas goed, zij het jong. Oudere kaas zoals jong belegen, belegen, extra belegen, oud, overjarig of brokkelkaas wordt langer afgerijpt en regelmatig gekeerd.

Keuring bewerken

Jaarlijks vindt een keuring plaats van boerenkazen uit heel Nederland. De zuivel wordt door deskundige keurmeesters beoordeeld op onder andere vorm, structuur, stevigheid, geur, smaak en verdeling van de gaatjes in de kaas.

Kaasboerin bewerken

In Gouda staat een standbeeld van een kaasboerin op een plein achter De Waag. Deze boerin in brons staat stevig in haar klompen en houdt een Goudse kaas tegen haar schort geklemd. Met dit beeld van de beeldhouwster Ineke van Dijk, wordt eer betoond aan de vrouwen in West-Nederland die al eeuwenlang een rol in de kaasbereiding vervullen.

Externe links bewerken