Een zielengat, seelenloch, trou d'âme, opening of patrijspoort is in de archeologie de benaming voor:

De Seelenloch in de Heidenstein
Een Seelenloch in een Galeriegrab (Galeriegrab Züschen I)

Het begrip is gebaseerd op het idee dat het gat in het verleden is gemaakt om de ziel of de geest van de overledene de mogelijkheid te geven naar buiten te laten gaan. Omdat de benaming zielengat niet neutraal wordt bevonden, wordt er over een opening of patrijspoort gesproken.