Wereldkampioenschappen kunstschaatsen 1949
De Wereldkampioenschappen kunstschaatsen 1949 werden gevormd door drie toernooien die door de Internationale Schaatsunie werden georganiseerd.
Voor de mannen was het de 40 editie, voor de vrouwen de 30 editie en voor de paren de 28e editie. De kampioenschappen vonden plaats van 16 tot en met 18 februari in Parijs, Frankrijk. Parijs was voor de tweede maal gaststad, voor Frankrijk gold dit als gastland. In 1936 werden de drie toernooien ook in Parijs georganiseerd.
Deelname
bewerkenEr namen deelnemers uit tien landen deel aan deze kampioenschappen. Zij vulden 39 startplaatsen in.
Namens België kwam het schaatspaar Suzanne Gheldolf / Jacques Rénard als derde paar uit bij het paarrijden, zij traden hiermee in de voetsporen van de tweevoudige wereldkampioenen Micheline Lannoy / Pierre Baugniet (1947 en 1948) en de bronzenmedaillewinnaars Suzanne Diskeuve / Edmond Verbustel (1947).
- (Tussen haakjes het totale aantal startplaatsen in de drie toernooien.)
Verenigde Staten (10) Verenigd Koninkrijk (8) Oostenrijk (6) Frankrijk (4) Tsjecho-Slowakije (4) |
Hongarije (3) België (1) Denemarken (1) Italië (1) Zwitserland (1) |
Medailleverdeling
bewerkenBij de mannen prolongeerde Richard Button de wereldtitel, het was zijn derde medaille, in 1947 won hij brons. De nummer drie van 1948, Ede Király, eindigde dit jaar op plaats twee. Dit was de eerste zilveren medaille bij de mannen voor Hongarije. Edi Rada behaalde de bronzen medaille.
Bij de vrouwen werd Alena Vrzáňová de negende wereldkampioene. Het was de eerste wereldtitel in het kunstschaatsen voor Tsjechoslowakije. Het was de tweede medaille voor Tsjechoslowakije bij de vrouwen, in 1948 behaalde Jiřina Nekolová de bronzen medaille. Met de zilveren en bronzen medaille behaalden respectievelijk Yvonne Sherman en Jeannette Altwegg hun eerste medaille.
Bij de paren veroverden Kékesy / Király als twaalfde paar de wereldtitel. Het was de vijfde wereldtitel bij de paren voor Hongarije, het paar Emília Rotter / László Szollás veroverde deze titel in 1931, 1933, 1934 en 1935. Broer en zus Karol en Peter Kennedy veroverden net als in 1947 de zilveren medaille, het was ook hun tweede medaille. Het debuterende paar Davies / Hoffner veroverden de bronzen medaille.
Ede Király veroverde voor het tweede opeenvolgende jaar twee medailles in hetzelfde jaar, alleen Herma Szabo die in 1925, 1926 en 1927 drie jaar oprij twee medailles won ging hem hierin voor.
Discipline | |||
---|---|---|---|
Mannen | Richard Button | Ede Király | Edi Rada |
Vrouwen | Alena Vrzáňová | Yvonne Sherman | Jeannette Altwegg |
Paren | Andrea Kékesy / Ede Király | Karol Kennedy / Peter Kennedy | Anne Davies / Carleton Hoffner |
Uitslagen
bewerken
MannenbewerkenEr deden tien mannen uit zes landen mee, waaronder vier debutanten. Carlo Fassi was de eerste Italiaan die bij de mannen aan het WK deelnam, eerder nam alleen het schaatspaar Anna Cattaneo / Ercole Cattaneo (1937, 1938) voor Italië deel.
|
VrouwenbewerkenZeventien deelneemsters uit vijf landen hadden zich ingeschreven voor dit kampioenschap, waaronder zeven debutanten. Eva Pawlik en Joan Lister trokken zich uit de wedstrijd terug.
|
ParenbewerkenEr deden twaalf paren uit acht landen mee, waaronder vier debuterende.
|