Inergen: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Klever (overleg | bijdragen)
kGeen bewerkingssamenvatting
Klever (overleg | bijdragen)
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 5:
Inergen wordt ingezet voor de bescherming tegen brand van ruimten met gevoelige of kostbare inhoud, waar ook mensen aanwezig zijn, zoals computerzalen, controlekamers in de industrie, of museum- of bibliotheekzalen.
 
Door inergen te verspreiden in de ruimte, creëert men een [[zuurstof]]arme atmosfeer; wanneer de zuurstofconcentratie voldoende laag wordt, zal de brand uitdoven (verstikken) door gebrek aan zuurstof. Bij inergen kan de zuurstofconcentratie tot onder 9,5 vol.% gebracht worden (dan is meer dan de helft van de ruimte gevuld met inergen), waarbij mensen die in de ruimte aanwezig zijn toch nog kunnen blijven ademhalen.
 
Dit komt door de toevoeging van koolstofdioxide aan het mengsel. De menselijke [[ademhaling (mens)|ademhaling]] reageert op de hoeveelheid CO<sub>2</sub> bij uitademing. Door in de zuurstofarme atmosfeer voldoende CO<sub>2</sub> te behouden (ca. 4%), wordt de ademhaling gestimuleerd en blijft de zuurstofopname door de hersenen op het normale peil. Zo kan men de ruimte nog relatief rustig verlaten. Zonder die verhoogde CO<sub>2</sub>-concentratie zou men bij een zuurstofconcentratie beneden 15% niet meer normaal kunnen functioneren.